SBT-14: Beslissing 3 juni 2008
Meer lezen
TB-011-2008: Beslissing 27 oktober 2008
Meer lezen
Verwerping cassatieberoep
- Eiser werd vervolgd om ondeontologisch gehandeld te hebben door in strijd met zijn beroepsverplichting van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid als advocaat:
1) tijdens de hem opgelegde schorsingsperioden verder te zijn opgetreden als advocaat (tevens inbreuk op artikel 471 Ger.W);
2) inbreuk te hebben gepleegd op het absoluut verbod gelden van cliënten of derden te vermengen met eigen fondsen of voor betaling van kantoorkosten of privé-doeleinden aan te wenden;
3) onvoldoende medewerking te hebben verleend aan de onderzoeker door voorrang te hebben verleend aan andere zaken voor wat betreft de vastgestelde onderhoren en door hem onvolledige informatie te hebben verstrekt. Bij verstekbeslissing d.d. 3 juni 2008 verklaarde de Tuchtraad te Brussel de eiser ten laste gelegde feiten allen bewezen en legde hem voor deze tenlasteleggingen samen de tuchtstraf van schrapping op. - Tegen deze beslissing stelde eiser op 17 juni 2008 hoger beroep in.
- Bij beslissing d.d. 27 oktober 2008 bevestigde de Tuchtraad van Beroep te Brussel de beslissing van de Tuchtraad te Brussel in eerste aanleg d.d. 3 juni 2008 en veroordeelde eiser in de kosten van het beroep.
Tegen deze beslissing voert eiser een middel tot cassatie aan:
Geschonden wetsbepaling:
Art. 2juncto 43, 2°, 459, §1 , 702, 1° en 867 van het Gerechtelijk Wetboek.
Het Hof verwerpt het cassatieberoep.