Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Verwerping van het cassatieberoep
Bij brief van 22 mei 2014 bracht de Stafhouder eiseres op de hoogte van het feit dat hij naar aanleiding van een schriftelijke klacht van de heer I, die aan meester K werd overgemaakt, een tuchtonderzoek lastens haar instelde.
De Stafhouder stelde Meester O als onderzoeker aan. Diens onderzoek werd later door de Stafhouder uitgebreid naar aanleiding van klachten i.v.m. een zaak S en m.b.t. een incident in de gevangenis.
Op 7 juli 2014 werd eiseres door Meester O verhoord. Er werd nota genomen van het feit dat eiseres nog stukken zou neerleggen. Zij deed dat op 17 en 28 augustus 2014.
Ondertussen, en meer bepaald op 30 juli 2014, had Meester 0 zijn verslag neergelegd. Op grond van dat verslag besliste de Stafhouder op 26 augustus 2014 om eiseres te laten verschijnen voor de tuchtraad.
Bij aangetekende brief van 29 september 2014, verzonden op 30 september 2014, werd eiseres opgeroepen om te verschijnen op de zitting van de tuchtraad van 28 oktober 2010.
Er werden haar volgende inbreuken op de kiesheid, waardigheid, rechtschapenheid, beroepsuitoefening ten laste gelegd:
deontologische beginselen van confraterniteit en behoorlijke beroepsuitoefening
- in de zaak I voorspiegelen van procedures die niet met de werkelijkheid overeenstemmen; vorderen van aanzienlijke honoraria voor fictieve prestaties; onwaardig gedrag tegenover de cliënt en zijn familie;
- in de zaak S: poging om, aanzienlijke provisies te ontvangen in een zaak waar men is aangesteld als pro deo advocaat; niet terugschrikken voor intimidatie en verbale agressie;
- in de zaak X : onwaardig gedrag van een advocaat in een gevangenis rekening houdende met de belangen van de cliënt en met de belangen van het personeel.
Bij beslissing van 24 februari 2015 verklaarde de tuchtraad de tuchtvordering toelaatbaar en volgende tenlasteleggingen bewezen:
- in de zaak I : onwaardig gedrag ten aanzien van de cliënt en zijn familie;
- in de zaak .S en X: onwaardig gedrag;
De sanctie van de berisping werd uitgesproken.
Tegen die beslissing tekende eiseres hoger beroep aan.
Bij beslissing van 9 juni 2015 verklaarde de tuchtraad van beroep het hoger beroep toelaatbaar en gedeeltelijk gegrond. Eiseres werd vrijgesproken voor het incident in de gevangenis. Voor het overige werd de eerste beslissing, zowel wat betreft de bewezen verklaarde inbreuken als wat betreft de sanctie van de berisping, bevestigd.
Tegen die beslissing wendt eiseres bij huidige cassatievoorziening meerdere middelen aan.
Het Hof verwerpt het cassatieberoep.
Lees ook deze beslissing
TB-0136-2015: Beslissing 9 juni 2015
Confraterniteit
Onwaardig gedrag
Nalatigheid bij behandeling dossier / verwaarlozing belangen cliënt
Gedeeltelijke vrijspraak
Berisping
SBT-106: Beslissing 24 februari 2015
Onwaardig gedrag
Misbruik BJB systeem
Gedeeltelijke vrijspraak
Berisping