Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
- Onafhankelijkheid
- Waarschuwing
Een advocaat vermeldt in een dagvaarding in betaling van ereloon tegen een gewezen cliënt een advocaat, die een gewezen medewerkster van hem is, als zijnde zijn raadsman terwijl deze advocaat van die procedure onwetend is. Op de zitting laat hij zich vertegenwoordigen door iemand van zijn kantoor of dat van zijn zoon, die dan verschenen is loco voormelde advocaat, zonder dat deze hiervan in kennis wordt gesteld. Bovendien stelt hij zelf een procedurehandeling, met name de aanvraag van een rechtsdag, hoewel hijzelf in deze procedure eisende partij was.
De advocaat stelt dat de feiten op een vergissing zouden berusten en vraagt de opschorting. De tuchtraad oordeelt dat ze wel degelijk intentioneel waren en veroordeelt de advocaat tot een schorsing van 14 dagen.
In graad van beroep argumenteert de advocaat dat zijn rechten van verdediging zijn geschonden. omdat de tuchtraad als motivering van de beroepen beslissing omtrent de strafmaat zou hebben gesteld dat hij wellicht de bedoeling zou hebben gehad te verhelen dat hij zich door leden van zijn eigen kantoor voor de rechtbank liet vertegenwoordigen. Hierop zou hij zich niet hebben kunnen verdedigen.
De advocaat wordt hierin niet gevolgd, nu het louter een overweging vanwege de tuchtraad betreft over de feiten in het kader van het oordeel over strafmaat.
Wel wordt de sanctie herzien; hij krijgt de sanctie van een waarschuwing opgelegd.