Ga verder naar de inhoud

TB-0216-2019: Beslissing 4 juni 2019

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

  • Opname tableau
  • Stageverplichtingen
  • Ontvankelijk en gegrond beroep

In zitting van 15 januari 2019 heeft de raad van de orde van advocaten van de balie het verzoek tot opname op het tableau afgewezen en de stage verlengd tot 25 juni 2019.

Dit is de bestreden beslissing.

De tuchtraad van beroep kan de bestreden beslissing niet bijtreden.

In het dossier zitten er geen opmerkingen op het stageverslag, zijn er geen processen-verbaal van tucht opgenomen en zijn er geen tussenkomsten van de stafhouder noch van de stagecommissie gekend omtrent het verloop van de stage van de advocaat of de begeleiding van de stagemeester.

Nergens blijkt dat de stafhouder al eerder zijn opmerkingen zou hebben geuit over het verloop van de stage terwijl de wijze van werken van de advocaat al langer bij de stafhouder bekend was.

De advocaat heeft blijkens het advies van de stagecommissie zijn verplichtingen in het kader van de juridische bijstand vervuld en beschikt over een BJB-attest.

De advocaat is geslaagd is in de BUBA-examens en beschikt over een BUBA-attest.

De stage duurde langer dan de wettelijk vereiste drie jaren.

Op grond van artikel 29 Codex Deontologie vraagt de stagiair na het einde van de stage schriftelijk zijn inschrijving op het tableau. Voormelde bepaling voorziet geen bijzondere voorwaarden.

Artikel 37 Codex Deontologie legt aan de stagiair de verplichting op om de dossiers die hem door zijn stagemeester werden toevertrouwd met de nodige ijver en zorg te behartigen.

Deze bepaling legt evenwel niet aan de stagemeester de verplichting op om dossiers toe te vertrouwen aan zijn stagiair, noch legt deze bepaling aan de stagiair de verplichting op om dossiers voor zijn stagemeester te behartigen.

Deze bepaling bevat wel de verplichting om de dossiers die aan de stagiair worden toevertrouwd met de nodige ijver en zorg te behartigen.

De stageovereenkomst tussen de advocaat en mr. X is daaraan niet tegenstrijdig nu de tijdsbesteding aan de dossiers van de stagemeester basis vormt voor de vergoeding die aan de stagiair wordt betaald.

Uit het dossier blijkt dat deze prestaties op nul werden gezet, waartegen ook geen vergoeding stond.

Uit het dossier en de behandeling van de zaak op de openbare zitting blijkt dat de advocaat aan al zijn stageverplichtingen overeenkomstig artikel 37 Codex Deontologie heeft voldaan.

Het blijkt tevens dat de advocaat opleiding en begeleiding heeft ontvangen gedurende de duur van zijn stage.

Er blijkt evenmin discussie te bestaan dat de advocaat gedurende zijn stage eigen dossiers heeft behandeld en het blijkt dat hij voor de behandeling van zijn dossiers en de behartiging ervan van zijn stagemeester bijstand en opleiding heeft gekregen, dat de dossiers besproken werden en dat ontwerpen van procedure-akten werden nagelezen. Er was controle en bijsturing.

Tevens blijkt dat de advocaat pleidooien van zijn stagemeester heeft bijgewoond, en dat hij tevens begeleid werd in de nevenactiviteiten van de balie.

De stagemeester blijkt meer dan enkel op afroep aanwezig te zijn geweest maar heeft ook effectief tijdens de stage opleiding en bijstand gegeven, waarbij de dossiers werden nagezien en bijgestuurd. De stagecommissie benadrukt uitdrukkelijk dat omtrent het optreden van de stagemeester geen opmerkingen te maken zijn.

De opleiding en bijstand moet niet noodzakelijk gebeuren aan de hand van de dossiers van de stagemeester op diens kantoor.

Tevens is er geen discussie dat de stagemeester gewaakt heeft over de naleving van de deontologische regels, terwijl uit het dossier en de behandeling van de zaak op de openbare zitting eveneens blijkt dat de advocaat door het behandelen van de eigen dossiers kennis en praktische vaardigheden heeft verworven.

Naar het oordeel van de tuchtraad van beroep is het verwerven van de nodige kennis en praktische vaardigheden als stagiair niet afhankelijk van de oorsprong van de te behartigen dossiers, al dan niet toegewezen door de stagemeester of eigen dossiers.

De tuchtraad van beroep stelt vast dat de advocaat aan al zijn stageverplichtingen heeft voldaan en dat de stage wel degelijk volwaardig werd uitgevoerd.

Er is dan ook geen enkele reden om het verzoek tot opname op het tableau te weigeren en de stage te verlengen tot 25 juni 2019.

Derhalve oordeelt de tuchtraad van beroep dat het verzoek van de advocaat tot opname op het tableau gegrond is.

Nog vragen? Onze specialisten ter zake

Ontdek alle medewerkers

Merve Köse

Jurist deontologie

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen