Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
- Organisatie van het advocatenkantoor
- Opvolging
- Briefwisseling stafhouder
- Vertrek uit een bestaand medewerkingsverband, met medeneming van cliënteel
- Schorsing van 8 dagen, met uitstel voor de duur van drie jaar
In eerste aanleg werd de advocaat vervolgd voor de volgende feiten en tenlasteleggingen:
- Het niet behoorlijk organiseren van haar kantoor door zowel per fax, mail, persoonlijk als telefonisch onbereikbaar te zijn.
- Inbreuk op de bepaling van art. 120 Codex Deontologie inzake de opvolging.
Bovendien heeft zij niet tijdig geantwoord op de vragen van de Stafhouder die herhaalde malen herinneringen diende te versturen.
Het plots ongefundeerd en eenzijdig vertrek uit een bestaand medewerkingsverband met een confrater, samen met medeneming van cliënteel, is niet te vereenzelvigen met de plicht tot:
- waardigheid die zich zowel uitstrekt tot het privé als professioneel leven, en dus ook tot de samenwerking binnen het advocatenkantoor waar zij werkzaam was.
- loyaliteit in de uitoefening van het beroep wat een volstrekte goede trouw veronderstelt in alle professionele handelingen, als deel van de rechtschapenheid die zowel eerlijkheid als oprechtheid veronderstelt.
De Tuchtraad verklaarde de feiten bewezen en legde de sanctie van schorsing voor 8 dagen op, met uitstel over een periode van 3 jaar.
Het geheel van de voorliggende feiten is ernstig en deze feiten schenden het vertrouwen dat in advocaten moet kunnen gesteld worden, zowel door cliënten als door collega’s.
Deze tekortkomingen maken een inbreuk uit op artikel 455 en 456 Ger. W.
Uit de eerdere antecedenten van de advocaat op tuchtrechtelijk vlak (sententie van 31 maart 2016 met betrekking tot meerdere tenlasteleggingen, waarbij de uitspraak werd opgeschort gelet op aangenomen verzachtende omstandigheden) kan worden afgeleid dat de op 31.03.2016 betoonde mildheid de advocaat er niet toe heeft aangezet om zichzelf te herpakken.
Het is in casu aangewezen een duidelijk signaal te geven dat een herpakken nodig is, zonder evenwel de daadwerkelijke uitoefening van de professionele activiteiten te belemmeren.
De door de Tuchtraad uitgesproken sanctie voldoet perfect aan deze doeleinden, en blijft behouden: schorsing voor 8 dagen met uitstel voor 3 jaar.
Lees ook deze beslissing
TAA/SL/0304/2018: Beslissing 6 juli 2018
Kantoor(des)organisatie
Nalatigheid bij behandeling dossier / verwaarlozing belangen cliënt
Opvolging
Medewerking stafhouder / balie
Kiesheid, waardigheid en rechtschapenheid
Schorsing met uitstel