Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
- Verwaarlozing plichten als stagiair
- Zware gevolgen voor cliënt
- Niet of niet tijdig beantwoorden brieven stafhouder
- Verzet
- Niet ontvankelijk laattijdig verzet
- Art. 462 – 463 – 468 Ger. W.
- Geen verantwoording voor laattijdig verzet
- Bevestiging bestreden verstekbeslissing
- Schorsing 1 maand
Conform art. 468 §2 Ger. W. moet het verzet tegen de bij verstek gewezen beslissingen van de tuchtraad van beroep in dezelfde vorm en binnen dezelfde termijn gebeuren als de akte van beroep. Overeenkomstig art. 463 Ger. W. is de vorm een bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van de tuchtraad van beroep. De termijn bedraagt vijftien dagen, te rekenen van de kennisgeving van de beslissing. Art. 462 Ger. W. bepaalt dat wanneer de beslissing bij verstek werd gewezen, de advocaat verzet kan aantekenen binnen de vijftien dagen te rekenen van de kennisgeving. Laattijdig verzet wordt niet ontvankelijk verklaard, tenzij de tuchtraad (in casu de tuchtraad van beroep) de verzetdoende advocaat van het verval ontheft, een beslissing waarover de tuchtraad (in casu de tuchtraad van beroep) soeverein oordeelt en waartegen geen rechtsmiddel openstaat.
Het verzet dat op 9 juli 2015 werd aangetekend tegen de beslissing van de tuchtraad van beroep van 9 juni 2015, verzonden op 10 juni 2015, is laattijdig.
De tuchtraad van beroep oordeelt de advocaat niet van het verval te kunnen ontheffen nu zij voor haar laattijdigheid geen enkel argument aanvoert. Anders oordelen zou aan de termijn zoals bepaald in art. 468 §2 Ger. W. iedere betekenis ontnemen.
Lees ook deze beslissing
TAG-306 en TAG-308 en TAG-311: Beslissing 10 december 2014
Stage / stagemeester
Medewerking stafhouder / balie
Schorsing
TB-0132-2015: Beslissing 9 juni 2015
Stage / stagemeester
Nalatigheid bij behandeling dossier / verwaarlozing belangen cliënt
Medewerking stafhouder / balie
Schorsing