Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
- Verder optreden als raadsman van bepaalde cliënt in strijd met beslissingen van de stafhouder en in weerwil van een veroordeling door de tuchtraad van beroep en na verwerping van cassatieberoep
- Inbreuk op art. 455 Ger. W. en art. van lokale baliecodex
- Hoger beroep ongegrond
- Schorsing drie maanden
Uit het thans gevoerde tuchtrechtelijke onderzoek blijkt dat de advocaat, ondanks het verbod van de stafhouder, en ondanks de tuchtsanctie die zij o.m. omwille van de overtreding van dit verbod had opgelopen, verder de belangen van de betreffende cliënt heeft behartigd. Dit feit werd door de advocaat niet betwist.
Uit het feit dat de stafhouder verbod had opgelegd om verder voor deze cliënt tussen te komen, bleek duidelijk dat dit verbod niet enkel gold voor de procedure in echtscheiding, maar ook de procedure in vereffening en verdeling betrof.
De andere zienswijze die de advocaat aanvankelijk naar voor bracht, werd terecht door de tuchtraad voor advocaten van de balies van het rechtsgebied van het hof van beroep te Gent, verworpen. Terecht oordeelde deze tuchtraad dat de advocaat in de boosheid heeft volhard en haar handelswijze een verzwaarde inbreuk uitmaakt op de essentiële beginselen die aan het beroep van advocaat ten grondslag liggen.
De opgelegde sanctie van een schorsing gedurende een periode van drie maanden komt dan ook gepast voor. De advocaat voert trouwens in beroep geen middelen aan die de tuchtraad van beroep tot een andersluidend oordeel zouden kunnen brengen.
Lees ook deze beslissing
TAG-223: Beslissing 20 februari 2013
Niet naleven voorwaarden eerdere veroordeling
Schorsing