Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
- Inbreuk reglement derdengelden/derdenrekening
- Niet (tijdig) beantwoorden briefwisseling stafhouder
- Tuchtverleden
- Schorsing van acht maanden
- Schrapping van het tableau
De voormalig advocaat moet zich verantwoorden voor volgende feiten:
- In het kader van een voorlopige bewindvoering een bedrag van 300 EUR en op een andere datum een bedrag van 3.500 EUR te hebben overgeschreven van de rekening van de pupil naar zijn kantoorrekening met als vermelding ‘Kosten en ereloon’ die volgens de opvolgende bewindvoerder geen bestaansreden hebben;
- In het kader van een andere voorlopige bewindvoering op verschillende data een bedrag van 65,19 EUR, een bedrag van 575 EUR en een bedrag van 150 EUR te hebben overgeschreven van de rekening van de pupil naar zijn kantoorrekening met als vermelding ‘Kosten en ereloon’ die volgens de opvolgende bewindvoerder geen bestaansreden hebben;
- Het niet beantwoorden van de stafhouder en het antwoorden op een onbeschaafde manier aan de stafhouder.
De tuchtraad oordeelt dat feiten 1 en 2 voldoende blijken uit de stukken van het dossier en dan ook zijn bewezen.
Het niet beantwoorden van de brief van de stafhouder en het antwoorden op een onbeschaafde manier aan de stafhouder, is niet bewezen. De persoon heeft immers de balie verlaten en is sindsdien geen advocaat meer. Hij was derhalve niet (meer) onderworpen aan de Codex Deontologie voor Advocaten. Onafgezien van het feit dat het taalgebruik in de mails van de voormalig advocaat aan de stafhouder getuigen van weinig “tact” in hoofde van de voormalig advocaat, kan er hiervoor geen inbreuk op de Codex Deontologie voor Advocaten weerhouden worden in zijn hoofde.
De tuchtraad is van oordeel dat de bewezen verklaarde inbreuken ernstig zijn.
Uit de stukken die door de vicestafhouder van de Balie werden neergelegd, blijkt dat er aan de voormalig advocaat reeds in 2012 en in 2020 tuchtstraffen werden opgelegd.
De tuchtraad legt de tuchtsanctie op van 8 maanden schorsing en gelet op het feit dat het hier een tweede schorsing betreft, beslist de tuchtraad ook tot een schrapping van de voormalig advocaat.