Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
- Niet (tijdig) beantwoorden briefwisseling stafhouder/confrater
- Niet (tijdig) overmaken dossier aan opvolger
- Niet naleven batonnale injunctie
- Recidive
- Schorsing van drie maanden
Advocaat laat verschillende hem door zijn stafhouder gerichte brieven onbeantwoord. Ook zijn er twee batonnale injuncties nodig (waarvan de eerste dus zonder gevolg bleef) om hem zo ver te krijgen om aan zijn opvolger een dossier over te maken waar deze confrater zelf ook vruchteloos naar had gevraagd.
De feiten zijn bewezen en worden niet betwist door de advocaat.
Het herhaaldelijk niet beantwoorden van de briefwisseling van de stafhouder en van confraters is een ernstige inbreuk op de beginselen van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid die aan het beroep van advocaat ten grondslag liggen en een behoorlijke uitoefening van het beroep van advocaat moeten waarborgen.
Wat de graad van de tuchtsanctie betreft houdt de tuchtraad enerzijds rekening met de aard en ernst van de feiten.
Anderzijds houdt de tuchtraad eveneens rekening met het feit dat de advocaat reeds eerder een tuchtrechtelijke sanctie opliep wegens het niet-beantwoorden van de brieven van de stafhouder en het niet naleven van batonnale injuncties.
Daar waar de Nederlandstalige tuchtraad van beroep verhoopt had dat de advocaat zich in de toekomst wel aan de voormelde beginselen zou conformeren, dient vastgesteld dat hij zich binnen de 2 maand na die uitspraak in beroep opnieuw en bij herhaling aan hetzelfde euvel heeft bezondigd.
Aldus dient vastgesteld dat de advocaat uit zijn voorgaanden onvoldoende lessen heeft getrokken.
Om die redenen verklaart de tuchtraad de tenlasteleggingen bewezen en legt ze de advocaat een effectieve schorsing op van drie maand.