- Niet behartigen belangen cliënt
- Niet beantwoorden brieven stafhouder
- Niet tijdig overmaken dossier aan opvolger
- Inbreuk lokale codex
- Reglement opvolging
- Schorsing 8 dagen met uitstel
Uit het geheel van het dossier blijkt onomstotelijk dat de advocaat de belangen van de cliënt niet naar behoren behandeld heeft en de cliënt niet op de hoogte heeft gehouden van de status van het dossier. De herhaalde brieven van de stafhouder werden niet beantwoord en de advocaat heeft – onterecht en verkeerdelijk – aan de stafhouder gezegd dat alles inmiddels in orde was gekomen. Zelfs op de hoorzitting waartoe de advocaat door de stafhouder aangetekend werd opgeroepen, bleef zij onaangekondigd afwezig.
Het duurde circa 6 maanden (tot de dag van de zitting) vooraleer de opvolgende advocaat het dossier heeft ontvangen. Door de persistente inertie heeft de advocaat het de stafhouder onmogelijk gemaakt met derden op een passende wijze te communiceren, wat het imago van de advocatuur zeker niet ten goede komt. Alle ten laste gelegde feiten zijn bewezen en vormen een inbreuk op de waardigheid en de kiesheid die aan het beroep van advocaat ten grondslag liggen en een behoorlijke beroepsuitoefening moeten waarborgen. Ook werden bepalingen uit de lokale Codex en OVB-reglementen geschonden. Rekening houdend met de aard van de feiten enerzijds en anderzijds met het blanco tuchtverleden van de advocaat, wordt een schorsing uitgesproken van 8 dagen, doch met uitstel gedurende 3 jaar.