- Terugzenden zaak naar stafhouder
- Art. 460 Ger. W.
- Onbepaald uitstel voor sluiting der debatten
- Onbepaald uitstel na sluiting der debatten
- Niet beantwoorden brieven stafhouder
- Permanente vorming
- Verslag
- Punten
- Deels verjaring
- Opschorting uitspraak veroordeling zonder voorwaarden
Procedure
Op het verzoek om de zaak - zonder uitspraak te doen over de ontvankelijkheid en/of de gegrondheid van de vordering - naar het ambt van de stafhouder terug te zenden, kan niet worden ingegaan. Het art. 460 Ger. W. voorziet niet in deze mogelijkheid, ook niet voor de zogenaamde vaderlijke vermaning.
Evenmin kan worden ingegaan op het verzoek om de behandeling van de zaak onbepaald uit te stellen. Onbepaald uitstel is een maatregel van inwendige orde die slechts vóór de sluiting van de debatten kan worden genomen. Nu de debatten in onderhavige zaak ter zitting van 15 september 2010 werden gesloten, is de tuchtraad ertoe gehouden uitspraak te doen.
Ten gronde
Conform art. 474 Ger. W. wordt t.a.v. bepaalde feiten vastgesteld dat de verjaring is ingetreden.
Het enige feit waarvoor naar het oordeel van de tuchtraad geen verjaring is ingetreden, betreft het niet beantwoorden van de brief van de stafhouder van 20 maart 2009, en is afdoende bewezen. Dit feit vormt een inbreuk op de beginselen van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid, die aan het beroep van advocaat ten grondslag liggen en een behoorlijke beroepsuitoefening moeten waarborgen.
Gelet op de aard ervan, en mede gelet op de voor het overige onberispelijke staat van dienst van de advocaat, houdt de lichtste tuchtstraf een voldoende sanctie in. Gelet op de door de stafhouder ter zitting van 15 september 2010 verstrekte toelichting, acht de tuchtraad het echter passend de uitspraak van de tuchtrechtelijke veroordeling - kosten inclusief - op te schorten, en dit zonder bijzondere voorwaarden.