- Niet beantwoorden briefwisseling stafhouder
- Verzwarende omstandigheid
- Tuchtverleden
- Niet ingaan op uitnodiging stafhouder
- Schorsing 14 dagen en de kosten
De kern van de zaak is niet de houding van de advocaat tegenover zijn (ex-)cliënt en vice versa, doch wel het niet beantwoorden van de briefwisseling van de stafhouder. De houding van zijn ex-cliënte verantwoordt op geen enkele wijze de houding van de advocaat tegenover de stafhouder en zijn plicht om diens brieven te beantwoorden.
De niet naleving van de deontologische regels is een houding die strijdig is met beginselen van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid, die aan het beroep van advocaat ten grondslag liggen en een behoorlijke beroepsuitoefening moeten waarborgen.
Het niet beantwoorden van brieven van de stafhouder is volstrekt onaanvaardbaar omdat een dergelijke houding naast de miskenning van het respect aan het hoofd van de Orde, ook een ernstige aantasting uitmaakt van de goede werking van de Orde in een van haar meest essentiële aspecten, namelijk de controle op de naleving van de deontologische normen.
Rekening houdend met de tuchtrechtelijke voorgaanden, veroordeelt de tuchtraad de advocaat tot een schorsing van 14 dagen en tot de betaling van de kosten.