Ga verder naar de inhoud

TAA/SA/0323/2018: Beslissing 31 januari 2019

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

  • Tweedelijnsbijstand
  • Betaling door rechtzoekende
  • Opschorting voor drie jaar

De advocaat dient zich te verantwoorden voor de volgende feiten die hem ten laste worden gelegd:

“ Hoewel de advocaat als raadsman was aangesteld door het BJB om met volledige kosteloosheid tweedelijnsbijstand te verlenen aan rechtzoekende A, met name voor de bijstand tijdens het gerechtelijk onderzoek (bijstand verhoor en bijstand raadkamer), heeft hij aan deze rechtzoekende betaling gevraagd van € 500,00 en hiervoor op 12 januari 2018 een factuur bezorgd. Op dat ogenblik had de advocaat nog geen verslag ingediend en nog geen ontslag van aanstelling gevraagd, zodat aan de rechtzoekende overeenkomstig artikel 508/18 Ger.W. het verzoek tot ontslag niet ter kennis kon worden gebracht met vraag om opmerkingen te formuleren, voorafgaand aan de beslissing van het BJB om ontslag te verlenen.

Daar waar de factuur van de advocaat dateert van 12 januari 2018, heeft hij het verzoek tot ontslag slechts op 23 januari 2018 ingediend bij het BJB.

Door aldus te handelen heeft de advocaat onder meer de artikelen 508/9§2 Ger.W., artikel 7§2 en 7§3 van het lokaal reglement op de juridische eerstelijnsbijstand en kosteloze tweedelijnsbijstand geschonden. …”

De advocaat betwist dat inbreuken op wettelijke/reglementaire bepalingen op zich tevens een deontologische inbreuk zouden uitmaken.

De argumentatie van de advocaat gaat er ten onrechte aan voorbij dat, zoals o.m. uit de eedformule van artikel 429 Ger. W. blijkt, een advocaat de wet dient te eerbiedigen.

Wanneer de client, welke tweedelijnsbijstand geniet, aanbiedt of via derden aanbiedt ereloon te betalen, dient de aangestelde advocaat dit te weigeren en de cliënt er bij voorkeur schriftelijk op te wijzen dat dergelijke handelwijze illegaal is zolang hij van het bureau voor juridische bijstand geen ontheffing van zijn aanstelling in kosteloze tweedelijnsbijstand heeft bekomen.

Waar de advocaat de wetten moet gehoorzamen, spreekt het voor zich dat door hem/haar op de wet (zie overigens de uitdrukkelijke bepaling desbetreffend in artikel 456 Ger. W. wat betreft inbreuken op reglementen die de hoedanigheid van materiële wet hebben) gepleegde inbreuken wel degelijk op zich een disciplinair gevolg kunnen hebben.

Het vragen van ereloon in een dossier, waarin men onder het regime van volledige kosteloosheid is aangesteld in het kader van de tweedelijnsbijstand en nog geen ontheffing heeft bekomen, is bovendien, abstractie gemaakt van de problematiek hogervermeld, in elk geval in strijd met de beginselen van waardigheid, rechtschapenheid, kiesheid en de behoorlijke uitoefening van het beroep van advocaat (zoals gematerialiseerd in het toenmalige lokale organieke reglement) en derhalve eveneens op deze grond disciplinair te beteugelen.

Tenslotte is het voor tuchtrechtelijk ingrijpen irrelevant of al dan niet opzettelijk werd gehandeld (Cass. 25.03.1977, R.W. 1977-1978,230)

De advocaat welke wordt aangesteld in het kader van juridische tweedelijnsbijstand wordt dikwijls geconfronteerd met kwetsbare cliënten (zoals personen in voorlopige hechtenis). Ten overstaan van dergelijke kwetsbare cliënten dient de advocaat blijk te geven van een fundamenteel ethische ingesteldheid.

De tuchtraad is evenwel van oordeel dat er aanleiding bestaat aan de advocaat het voordeel van de opschorting van de uitspraak te verlenen. Desbetreffend werden volgende elementen in aanmerking genomen:

  • in het dossier van de heer A lijkt in hoofde van de advocaat geen sprake geweest te zijn van het oogmerk voor eenzelfde prestatie dubbel vergoed te worden
  • de advocaat, welke ongeveer 20 jaar balie heeft, heeft een blanco tuchtrechtelijk verleden
  • door de advocaat werd medewerking verleend aan het tuchtrechtelijk onderzoek

Nog vragen? Onze specialisten ter zake

Ontdek alle medewerkers

Merve Köse

Jurist deontologie

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen