Ga verder naar de inhoud

TAA/SA/0188/2014: Beslissing 23 juni 2014

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

  • Verbod drijven van handel en nijverheid (art. 437 Ger.W.)
  • Intentie versus effectieve daden
  • Inbreuk reglement publiciteit
  • Ad hoc samenwerking met niet-advocaat
  • Onafhankelijkheid, partijdigheid en beroepsgeheim
  • Deels vrijspraak
  • Schorsing 15 dagen met uitstel 5 jaar onder voorwaarde geen nieuwe tuchtsanctie

De tenlasteleggingen hebben betrekking op een e-mail van 21 augustus 2013 uitgaande van de advocaat met als onderwerp "Aankondiging afdeling bedrijfsovernames". Art. 437, 3° Ger. W. stelt dat het beroep van advocaat onverenigbaar is met het drijven van handel of nijverheid. Alhoewel de advocaat in zijn e-mail propageert dat zijn kantoor "zelfs" optreedt als makelaar in bedrijfsverkopen en -overnames, hetgeen ongetwijfeld als een daad van koophandel moet aanzien worden, ligt er geen bewijs voor dat hij ook effectief zulke daden van koophandel heeft gesteld. Hij houdt in zijn verklaring tijdens het tuchtonderzoek en in zijn verdediging ter zitting voor dat hij geen enkele cliënt geworven heeft in functie van de aldus gevoerde publiciteit, zodat hij nooit een effectieve daad van koophandel gesteld heeft. De intentionaliteit op zich is niet strafbaar, doch enkel de effectief gestelde daden van handel of nijverheid.

Art. 5§1 van het OVB-reglement verbiedt de advocaat om in zijn publiciteit melding te maken van de behaalde resultaten... of van een succespercentage. In de bewuste e-mail beroept de advocaat zich op een "zeer hoge succesrate". Deze vermelding is een verboden vermelding in de zin van art. 5§1 van voormeld reglement en is in casu bovendien op geen enkel objectief element gebaseerd. Deze vermelding is zelfs diametraal tegenstrijdig met de eigen verklaring van de advocaat dat hij in de bewuste sector van bemiddeling of makelaar in bedrijfsverkopen en -overnames "nooit enig mandaat gekregen heeft en ook nooit enige daad gesteld heeft".

Verschillende elementen in de bewuste e-mail bevatten publiciteit waarvan de inhoud niet overeenkomt met de realiteit of minstens misleidend is.

Uit de verklaring en de conclusies van de advocaat blijkt dat er met dhr. S enkel een externe "ad hoc" samenwerking bestond in een los verband. De bewuste e-mail wekt dus verkeerdelijk de indruk dat dhr. S een vast onderdeel van het kantoor geworden is, terwijl het gewoon een externe en occasionele consultant is. Deze vermelding is misleidend in die zin dat dhr. S geen advocaat is en dus zelfs niet kan toe- of intreden in een advocatenkantoor.

Het kantoor is een eenmanskantoor, zodat de vermelding van een "afdeling bedrijfsovernames" een foutieve of minstens een misleidende voorstelling is van de omvang en de structuur van het advocatenkantoor.

De vermelding dat het kantoor "zelfs optreedt als bemiddelaar/makelaar in bedrijfsverkopen en –overnames” is foutief of minstens misleidend, wetende dat een activiteit van makelaar een commerciële activiteit is die voor advocaten in toepassing van art. 437 Ger. W. verboden is .

De vermelding "vrijstelling van BTW, hetgeen u een besparing van 21% oplevert" is op het ogenblik van de publicatie, 21-08-2013, foutief of minstens misleidend. Op dat ogenblik stond het immers wettelijk vast dat de advocaten met ingang van 01-01-2014 btw-plichtig zouden worden zodat de "besparing van 21% " in de praktijk en in de meeste toekomstige dossiers nooit zou kunnen gerealiseerd worden .

De vermelding "het advocatenkantoor beschikt intern over alle specialisten ..." stemt niet overeen met de realiteit, vermits hij een eenmanskantoor heeft en enkel een losse samenwerking heeft met zijn echtgenote die een afzonderlijk advocatenkantoor heeft en met dhr. S.

De vermelding "zeer hoge succesrate" stemt evenmin overeen met de realiteit, vermits de advocaat zelf argumenteert dat hij in de sector van bemiddelaar/makelaar in bedrijfsverkopen en overnames nooit enige activiteit ontwikkeld heeft.

Het voeren van publiciteit, waarin een advocaat zich proporties en structuren aanmeet die niet met de realiteit overeenstemmen, is een vorm van bedrog van het potentieel cliënteel en is een schending van de beginselen van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid die ten grondslag liggen aan het beroep van advocaat.

Nu de samenwerking met dhr. S enkel een externe, losse en "ad hoc" samenwerking is, zodat in casu geen sprake is van een zogenoemde verticale integratie tussen verschillende beroepsgroepen waardoor de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van een advocaat evenals zijn beroepsgeheim in het gedrang zouden kunnen komen, is deze tenlastelegging niet bewezen.

Rekening houdend met het betoonde schuldinzicht en met het feit dat huidige tenlastelegging niet de zwaarwichtigheid heeft van de feiten die aan een eerdere tuchtsanctie wegens belangenvermenging ten gronde lagen, legt de tuchtraad voor de bewezen tenlasteleggingen 2 en 3 opnieuw een schorsing van 15 dagen op, onder voorwaarde dat hij in deze proefperiode niet tot een nieuwe tuchtsanctie veroordeeld wordt en met dien verstande dat een nieuwe tuchtveroordeling in deze periode het verval van het thans verleende uitstel van tenuitvoerlegging tot gevolg heeft. Voor de niet bewezen tenlasteleggingen 1 en 4 spreekt de tuchtraad de advocaat vrij.

Nog vragen? Onze specialisten ter zake

Ontdek alle medewerkers

Merve Köse

Jurist deontologie

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen