- Niet beantwoorden (rappel)brieven stafhouder n.a.v. een klachtbrief over de advocaat aan de stafhouder
- Schuldinzicht
- Verzachtende omstandigheden
- Opschorting uitspraak voor 2 jaar
De tuchtraad stelt vast dat het ten laste gelegde feit, dat overigens niet wordt betwist, bewezen is. Ter zitting werd ook bevestigd dat de advocaat zich intussen bij de stafhouder heeft verontschuldigd. De advocaat verwees naar het feit dat zijn secretaresse in de weken waarin de briefwisseling van de stafhouder werd verzonden, plots ernstig ziek was geworden.
De tuchtraad wijst erop dat toch minstens een kort bericht aan de stafhouder had kunnen worden verstuurd met verzoek om uitstel voor het antwoord op de klachtbrief. De werking van de Orde en het respect voor haar stafhouder die de goede werking van de Orde moet verzekeren en bewaken, maakt dat een volledig stilzwijgen na drie rappels en dit gedurende twee maanden, onaanvaardbaar is.
De tuchtraad houdt bij de bepaling van de sanctie evenwel rekening met enkele verzachtende omstandigheden (geen onregelmatigheden in het dossier waarover klachtbrief handelde, ziekte van de secretaresse, blanco tuchtverleden, 44 jaar praktijk, feit dat hij zich verontschuldigd heeft bij de stafhouder en het schuldinzicht dat daaruit blijkt, goede reputatie als advocaat en als plaatsvervangend rechter in de rechtbank van eerste aanleg).
De tuchtraad is van oordeel dat aan de advocaat het voordeel van de opschorting van de uitspraak voor een periode van twee jaar kan worden verleend.