- Herhaaldelijk niet of niet tijdig beantwoorden van briefwisseling van een confrater
- Herhaaldelijk niet of niet tijdig beantwoorden van briefwisseling van de stafhouder
- Blanco tuchtrechtelijk verleden
- Schuldbesef
- Opschorting van de uitspraak van de veroordeling
Door het niet beantwoorden van de briefwisseling van een confrater en door het niet beantwoorden van briefwisseling van de stafhouder schiet een advocaat tekort aan de plichten van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid die aan het beroep van advocaat ten grondslag liggen.
Het (tijdig) beantwoorden van briefwisseling uitgaande van een confrater en a fortiori uitgaande van de stafhouder, is niet alleen één van de spelregels waaraan iedere advocaat zich dient te houden maar is ook een essentiële voorwaarde zonder dewelke het naar behoren functioneren van het beroep van advocaat, inclusief de controle hierop, volkomen onmogelijk is.
Rekening houdend met het blanco tuchtrechtelijk verleden, zijn schuldbesef en de vaststelling dat redelijkerwijze mag aangenomen worden dat de advocaat zich in de toekomst niet meer plichtig zal maken aan deontologische inbreuken, is het aangewezen hem het voordeel van de opschorting van de uitspraak van de veroordeling toe te staan.