TAA/SA/0021/2010: Beslissing 14 april 2011
- Mandaat niet rechtstreeks van cliënt
- Beroepsmatige samenwerking met niet-advocaten
- Geldige oproeping
- Klager
- Invulling van de samenwerking
- Bijkomende bewijsstukken
- Heropening debatten
De oproeping van de betrokken advocaat door de voorzitter van de tuchtraad, uitdrukkelijk verwijzend naar een aanmaningsbrief in het dossier, is niet nietig nu de rechten van de verdediging niet werden geschonden.
De tekst van de oproeping kon mogelijks transparanter en gedetailleerder worden geformuleerd, doch samen met de dossierstukken waarnaar de oproeping verwijst, laat de oproeping toe om na te gaan wat de advocaat ten laste wordt gelegd en om vervolgens hierop zijn verdediging te bouwen. Dat blijkt overigens uit het pleidooi en de conclusies van zijn raadsman.
De tuchtraad mag een klager die beslist heeft om zich niet verder als benadeelde te beschouwen, opnieuw een uitnodiging te zenden voor de volgende zitting, nu de tuchtraad zich nog niet over de grond van de betwisting heeft uitgesproken.
Teneinde de beroepsmatige samenwerking met niet-advocaten en meer bepaald de invulling van deze samenwerking nader te onderzoeken, stelt de tuchtraad de zaak in voortzetting en heropent de tuchtraad de debatten om de advocaat toe te laten bijkomende informatie en bewijzen voor te brengen.