Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Vernietiging van de bestreden beslissing
1. Met een aangetekende brief van 27 augustus 2012 riep de voorzitter van de Tuchtraad rechtsgebied Gent de eiser op om voor de tuchtraad te verschijnen en zich te verantwoorden voor volgende feiten:
- in overtreding op de artikelen 3 en 4 van het Reglement van de Orde van Vlaamse balies inzake de verhandeling van gelden van cliënten of van derden, gelden van zijn derdenrekening aangewend te hebben voor persoonlijke doeleinden, nl. op 8 januari 2009 door een vergoeding te betalen aan zijn medewerker Mr. D en op 27 januari 2009 door ermee zijn tweede inschrijving aan de balie te hebben betaald;
- wegens misbruik van vertrouwen door in zijn hoedanigheid van curator gelden te hebben afgewend die bedoeld waren voor de faillissementsboedel, via diverse afhalingen van verschillende faillissementen;
- in overtreding met.de artikelen 1 en 2 van het Reglement van de Orde van Vlaamse balies inzake de opvolging niet tijdig en onvolledig zijn dossier van de bvba te hebben overgemaakt aan de opvolgende vereffenaar, Mr. U;
- het aanhoudend pogen zijn stafhouder te misleiden aan de hand van leugenachtige verklaringen en gebruik van stukken waarbij hij volhardde ondanks interpellatie en confrontatie met de feiten.
Bij beslissing van 13 maart 2013 stelde de tweede kamer van de tuchtraad voor advocaten van de balies van het rechtsgebied van het hof van beroep te Gent vast dat voor de feiten zoals omschreven onder de tenlasteleggingen 3 ° en 4 ° blijkbaar geen schriftelijke kennisgeving is gebeurd van het instellen van een onderzoek overeenkomstig artikel 458, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek om de partijen toe te laten standpunt in te nemen over de gevolgen daarvan, besliste de tuchtraad de debatten te heropenen.
2. Met een aangetekende brief van 28 maart 2013 tekende de eiser hoger beroep aan tegen die beslissing.
Met een beslissing van 12 november 2013 ontvangt de tweede kamer van de Nederlandstalige Tuchtraad van beroep voor advocaten het hoger beroep, verklaart het gegrond en trekt de zaak aan zich. De tuchtraad van beroep vernietigt de beslissing van 13 maart 2013, verklaart de tuchtvervolging voor de feiten onder 3 ° en 4 ° niet ontvankelijk en veroordeelt de eiser wat de feiten onder 1 ° en 2 ° betreft tot de tuchtsanctie van een maand schorsing.
Tegen die beslissing voert de eiser een middel tot cassatie aan.
Het Hof vernietigt de bestreden beslissing, behalve in zoverre zij het hoger beroep ontvankelijk
verklaart, beslist de zaak aan zich te trekken en de tuchtvervolging voor de feiten sub 3 en 4 niet ontvankelijk te verklaren.
Verwijst de aldus beperkte zaak naar de Nederlandstalige Tuchtraad van Beroep voor advocaten, anders samengesteld.
Lees ook deze beslissing
TAG-208: Beslissing 13 maart 2013
Derdengelden / derdenrekening
Nalatigheid als gerechtelijk mandataris
Medewerking stafhouder / balie
Heropening debatten
TB-0077-2013: Beslissing 12 november 2013
Derdengelden / derdenrekening
Opvolging
Nalatigheid als gerechtelijk mandataris
Medewerking stafhouder / balie
Schorsing