Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
- Niet (tijdig) overmaken derdengelden
- Dagvaarding cliënt
- Essentiële plichten
- Persoonlijk aanwenden derdengelden
- Art. 456 Ger. W.
- Schuldvergelijking
- Tuchtrecht
- Strafrecht
- Opslorping
- Eenheid van opzet
- Financieel wanbeheer
- Voorlopig bewindvoerder
- Confraterniteit
- Art. 40 GW
- Art. 144 GW
- Schorsing één jaar
- Kosten
Procedure
De tuchtraad heeft geen enkele bevoegdheid om zich te mengen in of een oordeel te vormen over aanhangige procedures voor een burgerlijke rechtsmacht. Art. 40 van de Grondwet bepaalt immers dat de rechterlijke macht wordt uitgeoefend door de rechtbanken en hoven, terwijl art. 144 van de Grondwet stelt dat geschillen over burgerlijke rechten bij uitsluiting behoren tot de bevoegdheid van de rechtbanken. De tuchtraden moeten conform art. 456 Ger.W. onderzoeken in welke mate de advocaat zich schuldig zou hebben gemaakt aan inbreuken op de deontologische voorschriften, beginselen en reglementen die aan het beroep van advocaat ten grondslag liggen.
Ten gronde
De advocaat heeft van de ontvangen derdengelden een aanzienlijk deel naar zijn eigen rekening overgeschreven en aangewend voor eigen gebruik en betaling van eigen schulden. Gelden bestemd voor de cliënt mogen door de advocaat echter enkel via overschrijving op zijn zichtrekening geheel of gedeeltelijk worden behouden als voorschot, ereloon of terugbetaling van kosten ‘na zijn cliënt daarvan schriftelijk op de hoogte te hebben gebracht’. Dit gebeurde in casu niet en het post factum opgesteld en weinig concreet document van elf maanden later kan hieraan niets wijzigen. Door op geen enkele wijze aan de cliënt uit te betalen wat hem rechtmatig toekwam terwijl de cliënt later werd gedagvaard om de bedragen te betalen die de advocaat voor zichzelf had gehouden, heeft de advocaat het vertrouwen grof beschaamd dat in de relatie tussen een cliënt en zijn raadsman werkelijk essentieel is en boven alles verheven staat. Dit is een inbreuk op de meest essentiële basisprincipes van de advocaat ten overstaan van zijn cliënt.
Elke schuldvergelijking tussen de derdenrekening en andere bankrekeningen is uitgesloten. Nochtans heeft de advocaat - stellende dat hij nog diverse kosten en erelonen vanwege zijn cliënt te goed had zonder echter een afrekening op te stellen of vooraf schriftelijk zijn cliënt hiervan te verwittigen – een niet reglementaire vorm van schuldvergelijking toegepast tussen zijn zakenrekening als advocaat en zijn derdenrekening.
Een totaal gebrek aan respect en confraterniteit voor zijn tegenstrever, door enerzijds hem eerst om de tuin te leiden en anderzijds hem nadien volledig in de kou te laten staan, druist regelrecht in tegen de beginselen van rechtschapenheid en kiesheid die aan het beroep van advocaat fundamenteel ten grondslag liggen.
De basisrechten die zowel in het straf- als het tuchtrecht gelden, zoals het recht van de verdediging, moeten steeds worden gerespecteerd. Dit betekent echter niet dat alle regels van het strafrecht sensu stricto automatisch gelden in de toepassing van het tuchtrecht.
Het beroep van advocaat kent een aantal zeer essentiële pijlers, waaraan onder geen enkel voorwendsel kan worden getornd. Dit geldt zo wel voor de verplichting van het beroepsgeheim, als voor het steeds en in alle opzichten correct handelen op het financiële vlak, vooral wat betreft de gelden die niet aan de advocaat maar wel aan derden toebehoren. Aldus kunnen dergelijke verregaande onrechtmatige handelingen geenszins worden getolereerd en gelden ter zake geen verzachtende omstandigheden. De sanctie van schorsing van het uitoefenen van het beroep van advocaat voor de duur van één jaar dringt zich dan ook op. Ook de kosten worden ten laste gelegd van de advocaat.
Beslissing
Lees ook deze beslissing
TB-0142-2015: Beslissing 9 februari 2016
Nalatigheid bij behandeling dossier / verwaarlozing belangen cliënt
Derdengelden / derdenrekening
Confraterniteit
Schorsing
TB-0142-2015: Beslissing 10 mei 2016
Derdengelden / derdenrekening
Confraterniteit
Schorsing