Ga verder naar de inhoud

SBT 193: Beslissing 17 november 2020

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

  • Onafhankelijkheid
  • Belangenconflict
  • Gebrek aan diligentie
  • Gebrek aan respect voor de stafhouder
  • Geen heropening van de debatten
  • Schorsing van zes weken

De advocaat dient zich te verantwoorden voor volgende ten laste gelegde inbreuken:

  • De vermenging van persoonlijke en zakelijke belangen met deze van het cliënteel, hetgeen een aantasting van de onafhankelijkheid voor gevolg kan hebben en kan leiden tot belangenconflicten (art. 1, 2, 3, 4 en 5 §1, Codex Deontologie);
  • Het afwenden van derdengelden van hun bestemming;
  • Een gebrek aan diligentie door het niet (tijdig) behartigen van de zaken van de cliënt, door het niet correct weergeven van de feiten op vennootschapsdocumenten, door een gebrek aan communicatie met de cliënt en door een gebrek aan informatie aangaande berekening van de erelonen (art. 1; art. BR NL 12, tweede lid);
  • Gebrek aan respect voor de stafhouder.

Verzoek tot heropening der debatten

Art. 771 Ger. W. verbiedt om na de sluiting der debatten nog stukken of conclusies neer te leggen. De heropening is mogelijk (art. 772 Ger. W.) wanneer een nieuw stuk of feit de heropening van de debatten verantwoordt.

Het nieuw stuk of feit moet tijdens het beraad zijn ontdekt en van overwegend belang zijn (Cass. 12 juni 1980, Arr. Cass. 1979-1980, 1267; Cass. 20 november 1975, Arr. Cass. 1976, 368).

Deze voorwaarden worden niet vervuld, gezien het niet neergelegde bundel gekend was voor de sluiting der debatten. Het gebeurlijk nieuw ontdekte stuk is gekend of kon eveneens gekend zijn voor de sluiting der debatten. De verzoeken worden afgewezen.

Beoordeling

  • Er is duidelijk sprake van een ontoelaatbare vermenging tussen de persoonlijke en zakelijke belangen door de advocaat in zijn verhouding met de heer Q, in strijd met de artt. 1, 2, 3, 4 en 5 §1, Codex Deontologie. Het betreft de naleving van een essentiële plicht om op onafhankelijke wijze het beroep te kunnen uitoefenen, vrij van alle druk, in het bijzonder van de druk van eigen belangen of beïnvloeding van buitenaf. Een advocaat kan niet optreden wanneer dat aanleiding geeft tot een belangenconflict tussen hemzelf en de cliënt of tot een wezenlijke dreiging daartoe.

De advocaat en de heer Q vatten het plan op om samen onroerende goederen te kopen en deze, na renovatie door de heer Q, ter beschikking te stellen op de sociale huurmarkt. De kosten en opbrengsten dienden hierbij tussen hen worden verdeeld.

De heer Q heeft via zijn aannemingsbedrijven verschillende werkzaamheden uitgevoerd voor de BVBA A. Hij trad eveneens op als technisch raadsman in een bouwzaak behandeld door het kantoor A. Er was ook doorverwijzing van cliënten door de heer Q naar het kantoor A. Ook de activiteiten van de BVBA D, als syndicus, werden verweven met deze van het advocatenkantoor.

In de vertroebelde zakelijke context die daarbij ontstond tussen de advocaat en de heer Q, werd de vermenging van de persoonlijke en zakelijke belangen van het kantoor, meer bepaald tussen de belangen van de advocaat en deze van Q en zijn vennootschappen, duidelijk.

Verschillende facturen van het kantoor en de activiteiten van syndicus enerzijds en deze van de vennootschappen van de heer Q anderzijds werden onderling verrekend en gecompenseerd.

De regeling van de schulden en vorderingen in het kader van deze aannemingsovereenkomsten werd voorgesteld in een dading, opgesteld door de advocaat.

Het betrof een regeling zowel van de persoonlijke belangen van de partijen als van de professionele belangen van het kantoor J.

Daarbij werden de openstaande honoraria van het kantoor als ‘”schadevergoedingen” gekwalificeerd om de BTW-regeling op de erelonen te ontsnappen. Deze houding is op zichzelf strijdig met art. 455 Ger. W.

Verder trad het kantoor A op voor de belangen van een mede-eigendom waarvan Meester R, de samenwonende levenspartner, de syndicus was (inbreuk op art. 3 Codex Deontologie).

Deze betichting is derhalve afdoende bewezen.

  • Ook het afwenden van derdengelden van hun bestemming, is aangetoond.

Het door de heer Q gestorte bedrag van 10.000 EUR met vermelding “betaling voor het gebouw K voorschot beoogde aankoop van een onroerend goed”.

Het werd echter overgeschreven op de ereloonzichtrekening van het kantoor A, zonder mededeling aan de cliënt.

Er werd – in strijd met art. 134, tweede lid Codex Deontologie – geen schriftelijke informatie aan de cliënt voorgelegd noch werd duidelijk gemaakt op welke verschuldigde erelonen deze aanrekening betrekking had.

Art. 134, eerste en tweede lid, Codex Deontologie werd niet nageleefd.

  • De omstandigheid van een éénmalig verstek in de zaak voor de politierechtbank het toont het gebrek aan diligentie van het kantoor niet aan.
  • De advocaat heeft een gebrek aan respect vertoond voor de stafhouder door een ongepast en verwijtend taalgebruik in de correspondentie met de stafhouder, in strijd met de plicht van waardigheid die rust op de advocaat en het daaruit voortvloeiend respect voor de stafhouder (art. 455 Ger. W. en art. 1 van de Codex Deontologie).

De strafmaat

Mede omwille van het klaarblijkelijk herhaald karakter van de vermenging van persoonlijke en professionele belangen, en de ernst ervan, en de vroegere tuchtrechtelijke antecedenten oordeelt de Tuchtraad dat een schorsing voor een periode van 6 weken als passende tuchtsanctie moet worden opgelegd.

Nog vragen? Onze specialisten ter zake

Ontdek alle medewerkers

Merve Köse

Jurist deontologie

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen