SBT-19: Beslissing 19 mei 2009
- Nutteloze procedures
- Nalatigheid bij behandeling van dossiers
- Verstek laten
- Cliënten in problemen brengen
- Niet beantwoorden brieven opvolger
- Niet overmaken dossier aan opvolger
- Niet beantwoorden brieven stafhouder
- Beroepsfout
- Talrijke tenlasteleggingen
- Geen medewerking aan tuchtonderzoek
- Loyaliteitsplicht
- Informatieverplichting
- Tuchtverleden
- Verstek
- Schorsing van 1 jaar
Talrijke inbreuken worden weerhouden in diverse dossiers: gebrek aan opvolging van een dossier met een verstekvonnis tot gevolg, het voeren van nutteloze procedures met veroordeling tot gevolg van de cliënten tot schadevergoeding wegens tergend en roekeloos geding; niet beantwoorden van brieven van de stafhouder; niet beantwoorden van brieven van de opvolger; niet onmiddellijk overmaken van dossier aan opvolger; geen medewerking verlenen aan het onderzoek.
Alle weerhouden feiten zijn een inbreuk op de loyaliteitsplicht tegenover de stafhouder en de aangestelde onderzoeker en houden een tekortkoming in op de informatieplicht aan de cliënt en de stafhouder. Tevens betreft het hier duidelijke inbreuken op de waardigheid van het beroep, op de informatieverplichting ten aanzien van de verzekeraar, kortom een inbreuk op de meest elementaire verplichtingen van een advocaat tot rechtschapenheid, waardigheid en kiesheid, eigen aan het beroep van advocaat.
Bovendien heeft de advocaat op eigen initiatief tot vier maal toe verstek laten gaan bij de behandeling van een dossier en heeft hij gepoogd zijn grove nalatigheid te vermommen als een zogezegd met zijn cliënt afgesproken strategie, wat echter door geen enkel stuk wordt bewezen en in tegendeel wordt tegengesproken door de feiten.
Bovendien heeft de advocaat tot twee maal toe nutteloos opgestarte procedures tot aanstelling van een deskundige gevoerd terwijl reeds een deskundige was aangesteld. De cliënt werd hierdoor afgestraft middels een veroordeling tot betaling van een schadevergoeding wegens tergend en roekeloos geding.
De onwaardige houding van de advocaat brengt ook de opvolgende advocaten in moeilijkheden, veroorzaakt overlast en bijkomende kosten aan de vroegere cliënt en zijn een manifeste uiting van een gebrek aan eerbied ten overstaan van het gezag van de stafhouder. De gedragingen hebben de cliënten benadeeld, confraters overlast bezorgd, de balie in een slecht daglicht gesteld en de geloofwaardigheid van de stafhouder ondermijnd.
Het betreft hier een fundamenteel foutieve instelling bij de uitoefening van het beroep van advocaat. Bovendien zijn er reeds tuchtrechtelijke voorgaanden. Gelet op het herhaald karakter van de inbreuken en de veelvuldigheid van de ten laste gelegde feiten kunnen verzachtende omstandigheden zoals de slechte organisatie van het kantoor of een gezondheidstoestand niet meer worden weerhouden.
De sanctie moet hem verplichten zich te bezinnen over zijn verdere toekomst als advocaat en moet hem verplichten om indien hij het beroep verder wenst uit te oefenen, zich op een andere wijze te organiseren en te gedragen. De sanctie van een schorsing en de duur die wordt uitgesproken zal de advocaat verhinderen slechts een tijdelijke en onvoldoende fundamentele oplossing te geven voor de verdere werking van zijn kantoor. De tuchtraad beslist de advocaat gedurende één jaar van het tableau te schorsen.