Ga verder naar de inhoud

Rechtspraak-advocatuur Grond­wet­te­lijk Hof verwerpt beroep tot ver­nie­ti­ging van artikel 52/3 Vreem­de­lin­gen­wet

In arrest nr. 89/2015 verwerpt het Grondwettelijk Hof alle argumenten van verzoekende partijen in een vernietigingsberoep tegen artikel 11 van de wet van 8 mei 2013 dat artikel 52/3 van de Vreemdelingenwet wijzigt.

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Deel dit artikel

Rolnummer: 5857

In arrest nr. 89/2015 verwierp het Grondwettelijk Hof alle argumenten van verzoekende partijen in een vernietigingsberoep tegen artikel 11 van de wet van 8 mei 2013 dat artikel 52/3 van de Vreemdelingenwet (Vw.) wijzigt. De wijziging was ingegeven door de wens de asielprocedure efficiënter te maken.

Artikel 52/3, § 1 Vw. wordt door de wijziging als volgt verwoord:

"§ 1. Indien de Commissaris-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen de asielaanvraag niet in overweging neemt of de vluchtelingenstatus weigert te erkennen of de subsidiaire beschermingsstatus weigert toe te kennen aan een vreemdeling en de vreemdeling onregelmatig in het Rijk verblijft, moet de minister of zijn gemachtigde onverwijld een bevel om het grondgebied te verlaten afgeven, gemotiveerd op basis van één van de gronden voorzien in artikel 7, eerste lid, 1° tot 12°. Deze beslissing wordt ter kennis gebracht van de betrokkene overeenkomstig artikel 51/2. Indien de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen het beroep van de vreemdeling tegen een beslissing genomen door de Commissaris-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen verwerpt met toepassing van artikel 39/2, § 1, 1°, en de vreemdeling verblijft onregelmatig in het Rijk, beslist de minister of zijn gemachtigde onverwijld tot een verlenging van het in het eerste lid bedoelde bevel om het grondgebied te verlaten. Deze beslissing wordt onverwijld ter kennis gebracht van de betrokkene overeenkomstig artikel 51/2. De termijn van deze verlenging bedraagt tien dagen, en is twee maal verlengbaar op voorwaarde dat de vreemdeling voldoende meewerkt aan het terugkeertraject bedoeld in [artikel] 6/1, § 3, van de wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen. De regeling in dit lid doet geen afbreuk aan de overige mogelijkheden tot verlenging van het bevel, zoals voorzien in de wet."

De verzoekende partijen voerden onder meer aan dat de bestreden bepaling, door te vooronderstellen dat de asielaanvragers of aanvragers van subsidiaire bescherming onregelmatig in het Rijk kunnen verblijven, twee verschillende categorieën van vreemdelingen op identieke wijze behandelt, zonder dat dat wordt verantwoord: enerzijds, de asielaanvragers of aanvragers van subsidiaire bescherming en, anderzijds, de andere vreemdelingen. Zij vonden dat de bestreden bepaling tot gevolg zou hebben dat de asielaanvrager of aanvrager van subsidiaire bescherming, niettegenstaande het beroep dat hij voor de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen zou hebben ingesteld - beroep dat schorsend is - zou kunnen worden geacht onregelmatig in het land te verblijven.

Het GwH verwerpt dat argument in overw. B.11:

"De bestreden bepaling voorziet enkel erin dat een onderzoek moet worden verricht om na te gaan of de vreemdeling regelmatig in het Rijk verblijft, hetgeen het geval zou kunnen zijn, niettegenstaande de eventuele weigering van de Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen, indien de vreemdeling terzelfder tijd een verblijfsaanvraag op een andere grond heeft ingediend. Uit het voorgaande blijkt dat de asielaanvrager of aanvrager van subsidiaire bescherming, gedurende de periode van het voor de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen ingestelde beroep, over een tijdelijke verblijfstitel beschikt en niet onregelmatig in het land kan verblijven. 19 Daarenboven kan de wetgever niet worden verweten dat hij erin heeft voorzien dat het bevel om het grondgebied te verlaten uitvoerbaar zou worden indien de asielaanvrager of aanvrager van subsidiaire bescherming geen beroep voor de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen heeft ingesteld of indien hij dat beroep niet heeft ingesteld binnen de termijnen en in de vormen die bij de wet zijn vereist."

Lees het volledige arrest

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen