Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Rechtspraak-advocatuur Grondwettelijk Hof laat zittingen in de gevangenis toe
Sinds 2014 kunnen de raadkamer en KI zitting houden in de gevangenis wanneer ze oordelen over de verlenging van de voorlopige hechtenis. Ook de strafuitvoeringsrechtbank kan zich naar de gevangenis begeven. De Orde van Vlaamse Balies vocht die wetten aan bij het Grondwettelijk Hof. Dat zag geen problemen met zittingen in de gevangenis, maar formuleerde enkele belangrijke nuanceringen.
Merve Köse
Dominique Dombret
Rolnummer: 6086
Door de wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen betreffende justitie en de wet van 8 mei 2014 houdende wijziging en coördinatie van diverse wetten inzake Justitie, kunnen de raadkamer en de KI zitting hebben in de gevangenis wanneer ze oordelen over de verlenging van de voorlopige hechtenis of de voorlopige invrijheidstelling van de verdachte. De strafuitvoeringsrechtbank kreeg dezelfde mogelijkheid, tenzij ze uitspraak doet van het vonnis.
Kritiek OVB: vermoeden van onschuld en onpartijdigheid rechter
De OVB protesteerde fel tegen die wetten: het vermoeden van onschuld en de onpartijdigheid van de rechter komen immers in gedrang wanneer die de verdachte/veroordeelde in de gevangenis zelf ziet. Ze vocht de wetten dan ook aan bij het Grondwettelijk Hof. Op 14 januari 2016 deed het Hof uitspraak over die zaak.
Grondwettelijk Hof beslist: zittingen in gevangenis niet in strijd met grondwet
Het Grondwettelijk Hof is van oordeel dat de beslissing van de raadkamer of KI om zitting te houden in de gevangenis niet per se wil zeggen dat de rechter daarom partijdig is of zich al een oordeel over de grond van de zaak heeft gevormd. Omdat de verdachte nog steeds kan worden gehoord door de rechter, acht het Hof de regel niet in strijd met de grondwettelijke of verdragsrechtelijke beginselen.
Het Grondwettelijk Hof vernietigde wél de retro-actieve werking van die regels, maar naar de toekomst toe staat de deur dus wel open voor zittingen in de gevangenis.
Twee belangrijke nuances
Het Hof bindt hier evenwel twee erg belangrijke interpretaties aan vast:
- zittingen mogen niet in het "hart van de gevangenis" plaatsvinden, zo beschrijft ook de memorie van toelichting. Ze mogen enkel en alleen plaatsvinden in zittingszalen die in het administratieve gedeelte van het gevangenisterrein zijn gevestigd.
- de mogelijkheid mag geenszins een automatisme worden, zo leest het Hof in de memorie van toelichting. De rechter kan daar enkel toe beslissen als concrete veiligheidsredenen dat rechtvaardigen.
Niet voor alle zittingen
Het Hof stelt ook nog eens duidelijk dat zittingen in de gevangenis door het onderzoeksgerecht niet mogelijk zijn in het kader van de regeling der rechtspleging, wanneer de verdachte niet van zijn vrijheid is beroofd of wanneer de verdachte op basis van artikel 24 Wet voorlopige hechtenis om een verschijning in openbare zitting verzoekt.
Ook wat de strafuitvoeringsrechtbank betreft, brengt het Hof de regels in herinnering die bepalen dat de uitspraak van het vonnis niet in de gevangenis mag gebeuren en dat de zitting in de gevangenis niet is toegelaten wanneer de veroordeelde niet is opgesloten of, krachtens artikel 36 van de Wet externe rechtspositie, verzoekt om in een openbare zitting te verschijnen.
Videoconferentie bij verschijning voor raadkamer
Daarnaast zal de Kamer vandaag in plenaire vergadering stemmen over het wetsvoorstel dat verschijningen voor de raadkamer ook via videoconferentie kunnen gebeuren. Door die wet maakt de wetgever het mogelijk dat niet alleen de verdachte maar ook de rechter zelf, zich niet moet verplaatsen voor de zitting van de raadkamer of KI.