Ga verder naar de inhoud

Wet vi­deo­con­fe­ren­tie treedt in werking: waar moet u op letten?

vrijdag 30 augustus 2024

Op 1 september treedt de wet van 25 april 2024 over de organisatie van zittingen per videoconferentie in het kader van gerechtelijke procedures in werking. We overlopen wat u moet weten, maar waarschuwen ook voor inherente gebreken en het risico op niet-naleving van wettelijke waarborgen.

Nico Moons

Jurist studiedienst
Avatar

Deel dit artikel

Toestemming als ankerpunt

De basisregel is en blijft dat zittingen fysiek doorgaan in het gerechtsgebouw. Daarbij komt dat videoconferentie enkel mits het akkoord van uw cliënt georganiseerd kan worden.

De rechter kan een fysieke zitting wel verbieden bij een epidemische noodsituatie en bij objectiveerbare aanwijzingen van een ernstig én concreet risico voor de openbare veiligheid.

Rechten van uw cliënt

  • Gebruikers worden geïnformeerd over de werking, het gebruik en de voor-en nadelen van videoconferentie en het gerecht moet bij aanvang van elke zitting nakijken of het akkoord vrij en geïnformeerd werd gegeven.
  • Personen die verschijnen per videoconferentie hebben dezelfde rechten als personen die fysiek deelnemen. Zij moeten
    • effectief kunnen deelnemen aan de rechtspleging en de debatten integraal kunnen volgen
    • zich kunnen uitdrukken en gezien en gehoord kunnen worden zonder technische belemmeringen
    • daadwerkelijk en vertrouwelijk kunnen communiceren met hun advocaat tijdens de videoconferentie
    • alle partijen gelijktijdig kunnen zien en horen
  • Het gebruik van videoconferentie moet verenigbaar zijn met de bijzondere omstandigheden van de zaak (bv. duur procedure, complexiteit, aantal partijen, fysieke of psychische toestand, …)

OVB waarschuwt

Videoconferentie:

  • vermindert het tegensprekelijk karakter
  • maakt non-verbale en korte verbale communicatie onmogelijk
  • kan impact hebben op het vermoeden van onschuld als uw cliënt zich in de gevangenis bevindt
  • kan leiden tot ongelijke behandeling van partijen

Onze enquête bij advocaten en magistraten in jeugddelinquentiezaken, waar videoconferentie al langer wettelijk verankerd is in het Jeugddelinquentiedecreet, toont bovendien dat wettelijke waarborgen niet altijd vertaald worden in de praktijk:

  • Maar liefst 4 op de 5 respondenten geeft aan dat het nochtans wettelijk verplicht voorafgaand akkoord van de cliënt niet altijd wordt gevraagd
  • Meer dan 86% van de respondenten antwoordt dat vertrouwelijk overleg tussen advocaat en cliënt tijdens de videoconferentie onmogelijk is
  • 3 op 5 geeft aan dat deelnemers geen goede weergave hebben van alles wat zich in de andere ruimte afspeelt

OVB beveelt aan

Naar aanleiding van de gekende gebreken en risico’s raden we voorzichtigheid aan:

  • Wees spaarzaam met de optie tot videoconferentie rekening houdend met de inherente tekortkomingen van de digitale verschijning
  • Word niet voor een voldongen feit geplaatst. In de regel is expliciete toestemming nodig en moet de rechter hier ook nog eens naar polsen bij aanvang van de zitting
  • Bespreek de voor- en nadelen van videoconferentie met uw cliënt zodat deze tot een geïnformeerde keuze kan komen. Gemak en efficiëntie zijn noch de enige, noch de belangrijkste waardemeters
  • Ga voor aanvang na of alle basisvoorwaarden van de videoconferentie en dus de rechten van uw cliënt gewaarborgd worden
  • Grijp in zodra dit niet meer het geval is en informeer uw cliënt op voorhand dat hij/zij hetzelfde moet doen (bv. technische problemen). De zitting kan geschorst worden of eventueel voortgezet worden op een andere datum, hetzij digitaal, hetzij fysiek
  • Bekijk op welke plaats u zelf best de belangen behartigt van uw cliënt die deelneemt per videoconferentie: in de rechtszaal (direct contact met de rechter), bij de cliënt zelf (vlot vertrouwelijk overleg) of elders. Waak ervoor dat deze laatste optie de kloof tussen u en uw cliënt niet vergroot.

OVB zet verdere stappen

We hebben aan de relevante juridische en politieke actoren en overheden onze bekommernissen over een correcte uitvoering van de wet op de videoconferentie overgemaakt aan de hand van een nota. Daarin wordt onder meer gevraagd om garanties met betrekking tot het vertrouwelijk overleg, het naleven van het vereiste akkoord van de betrokkene en de optimale betrokkenheid bij de digitale zitting.

In het licht van de beoogde efficiëntiewinsten zijn we ook waakzaam voor een ruime toepassing van het “veiligheidsargument” om een fysieke zitting te kunnen verbieden. We vragen daarom om te (blijven) investeren in personeel dat het transport tussen gevangenis en rechtbank verzorgt zodat videoconferentie voor gedetineerden de uitzondering blijft en de zelf gecreëerde noodsituatie niet de weg plaveit voor interpretaties waarbij efficiëntie en het gebrek aan menselijke en financiële middelen de werkelijke beweegredenen worden voor een verbod op fysieke verschijning.

Ook interessant

Strafrecht
dinsdag 13 augustus 2024

Korte celstraffen voor mannen terug naar gevangenis Sint-Gillis

Vanaf 15 augustus 2024 zullen mannelijke veroordeelden met een gevangenisstraf van drie jaar of minder weer worden opgesloten in de gevangenis van Sint-Gillis.

Meer lezen
Strafrecht
vrijdag 07 juni 2024

Nieuwe regels voor plaatsvervangende rechters: voorrecht van rechtsmacht vervalt

De Digitaliseringswet II heft vanaf 28 november 2024 het voorrecht van rechtsmacht op voor plaatsvervangende rechters, rechters in ondernemingszaken en lekenrechters.

Meer lezen