Ga verder naar de inhoud

Ef­fi­ci­ën­te­re werking met Raad voor Vreem­de­lin­gen­be­twis­tin­gen

woensdag 10 mei 2023

Onze OVB-commissie vreemdelingenrecht kaartte een aantal praktische problemen aan over de werking van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV). Het gaat onder meer over de vermelding van de referte van de advocaat, de digitale behandeling van dossiers en over een vlotte communicatie. De RvV neemt onze opmerkingen ter harte.

Laurence Lambert

Jurist studiedienst
Laurence Lambert

Deel dit artikel

Op 24 maart 2023 stuurden wij een brief naar de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV). De eerste voorzitter van de RvV antwoordde ons op 20 april 2023. Hieronder bespreken we dat antwoord.

De referte van de advocaat

Wij vragen de RvV om de referte van de advocaat steeds te vermelden onder “uw kenmerk” in de correspondentie (of het nu om een REGUL brief gaat, een brief inzake synthesememorie of het overmaken van een nota, dan wel het meedelen van een arrest). Gezien de zeer korte tijd om te repliceren is het immers essentieel dat de advocaat de correspondentie snel kan toewijzen aan het correcte dossier.

De RvV zal het nodige doen om daaraan tegemoet te komen. Zo werden griffiemedewerkers reeds verzocht om er de nodige aandacht aan te besteden.

De digitale behandeling van dossiers

Waarom wordt een dossier dat digitaal werd ingediend, niet altijd automatisch verder digitaal behandeld?

Volgens de eerste voorzitter heeft de digitale indiening van een verzoekschrift tot gevolg dat de verdere briefwisseling inzake het beroep ook digitaal verloopt. Indien een advocaat beschikt over een actieve J-box en die advocaat is gelinkt in het systeem van de RvV, dan komt er immers automatisch op de briefwisseling dat die digitaal wordt verstuurd. Heeft de advocaat geen actieve J-box of wordt die na het indienen van een verzoekschrift afgesloten, dan komt er automatisch op de briefwisseling dat die aangetekend moet worden verstuurd.

Andere redenen waarom de verdere briefwisseling niet digitaal verloopt zijn:

  • Het gebeurt dat een advocaat zelf geen J-box heeft en dat het verzoekschrift wordt ingediend via de J-box van een confrater. In dat geval wordt de advocaat die het verzoekschrift heeft ondertekend steeds aangetekend aangeschreven. De RvV gebruikt nooit de J-box van de confrater.
  • Wanneer een advocaat in zijn verzoekschrift een andere naam gebruikt dan deze op zijn advocatenkaart of identiteitskaart, dan maakt het informaticasysteem van de RvV geen link met de bestaande UUID van de advocaat. Het is dus belangrijk dat de advocaat zijn naam correct weergeeft.
  • Wanneer een advocaat de eerste keer gebruikmaakt van J-box, is er een tussenkomst nodig van de informaticadienst van de RvV zodat de UUID kan worden gelinkt in het informaticasysteem van de RvV. Het is helaas niet uit te sluiten dat dit werd vergeten. De hoofdgriffier zal daar een regelmatige kwaliteitscontrole laten uitvoeren, zodat dat probleem zich niet meer stelt.
  • In het geval van technische problemen met J-box, waardoor het systeem langere tijd niet naar behoren functioneert, wordt alle briefwisseling aangetekend verstuurd. Dat om te vermijden dat de door de wetgever voorziene termijnen zouden worden miskend en de behandeling van een beroepsprocedure een niet te verantwoorden vertraging zou oplopen.

Eerste com­mu­ni­ca­tie vanuit de RvV

Wij stellen vast dat wanneer in een beroep geen juridische tweedelijnsbijstand werd gevraagd, de advocaat (zeer) snel een brief ontvangt met de vraag om het rolrecht te betalen. Wanneer men daarentegen wel juridische tweedelijnsbijstand vraagt (en krijgt), duurt het vaak een hele tijd vooraleer de advocaat een eerste brief van de RvV krijgt. 

De verzoeker heeft die brief evenwel vaak nodig om bijvoorbeeld aan zijn werkgever aan te tonen dat hij een beroep ingediend heeft. Het zou dus goed zijn mocht de verzoeker via zijn advocaat een brief krijgen van de RvV zodra de zaak op de rol werd ingeschreven.

Volgens de eerste voorzitter is dat niet reglementair voorzien. Een dergelijke dienstverlening door de RvV lijkt hem evenwel niet onoverkomelijk en leidt niet tot een echte bijkomende kost wanneer een beroep digitaal werd ingediend. De eerste voorzitter is dan ook bereid om op onze vraag in te gaan.

Te­le­fo­ni­sche be­reik­baar­heid van de RvV

Tot slot blijkt het reeds een aantal maanden heel moeilijk om telefonisch contact te hebben met de frontdesk van de RvV. Dat leidt tot bijkomende en vaak nutteloze communicatie die voor de beide partijen een extra werklast is.

De eerste voorzitter zal het nodige doen om dat probleem te verhelpen, zodat een vlotte en correcte communicatie steeds mogelijk is.

Wij zijn tevreden met de reactie van de eerste voorzitter van de RvV. 

Mochten er toch nog problemen rijzen bij de (praktische) werking van de RvV, aarzel dan niet om ons te contacteren.

Ook interessant

Vreemdelingenrecht
woensdag 08 mei 2024

Nieuw aanklampend terugkeerbeleid goedgekeurd door Kamer

Op donderdag 2 mei 2024 keurde de Kamer het wetsontwerp van staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor goed, dat een aanklampend terugkeerbeleid moet invoeren.

Meer lezen
Vreemdelingenrecht
donderdag 02 mei 2024

Voortaan D-visum met oog op huwelijk of wettelijke samenwoonst

Sinds 15 januari 2024 moet de feitelijke partner van een Belg of derdelander met verblijfsrecht in België een D-visum aanvragen met het oog op het afsluiten van een huwelijk of wettelijke samenwoning in België als het oogmerk daarna gezinshereniging in België is. Men kan daarvoor dus geen C-visum meer vragen.

Meer lezen