Ga verder naar de inhoud

OVB steunt uitbreiding druk­pers­vrij­heid en effectieve vervolging hate speech

woensdag 21 april 2021

Twee wetsvoorstellen willen de drukpersvrijheid uitbreiden naar alle informatiemedia, maar ook hate speech op een meer effectieve manier bestrijden. De vrijheid van meningsuiting moet op alle media gewaarborgd worden, maar voor een twitteraar, vlogger of radiopresentator die aanzet tot haat, heerst er vaak nog straffeloosheid. De OVB staat positief tegenover de voorstellen, maar heeft toch enkele bedenkingen. Vandaag lichtte bestuurder Erik Schellingen het standpunt van de OVB toe voor de Kamercommissie Grondwet en Institutionele Vernieuwing.

Nico Moons

Jurist studiedienst
Avatar

Deel dit artikel

Straf­fe­loos­heid tegengaan

De wetsvoorstellen tot wijziging van artikel 25 en artikel 150 van de Grondwet hebben de volgende doelstellingen:

  • De grondwettelijke waarborgen van de drukpersvrijheid uitbreiden tot alle informatiemedia, met inbegrip van audiovisuele en digitale media.
  • Mediamisdrijven die ingegeven zijn door racisme, vreemdelingenhaat of seksisme en uitingen die aanzetten tot haat, geweld en discriminatie door de correctionele rechtbank laten behandelen.

De OVB gaat akkoord met de intenties van beide wetsvoorstellen. Ten eerste is de vrijheid van meningsuiting één van de fundamenten van onze democratische samenleving. Een aparte bepaling over het verbod op censuur kan zich daarom niet beperken tot de drukpers, maar moet betrekking hebben op de uitgebreide waaier aan informatiemedia waarover we anno 2021 beschikken.

"Het vrije woord is voor de advocatuur heilig en we juichen dan ook toe dat het verbod op censuur uitgebreid wordt naar alle media"
— Bestuurder Erik Schellingen

Ten tweede is er geen redelijke verantwoording om enkel uitingen van racisme of xenofobie aan het hof van assisen te onttrekken. Ook andere hate speech moet op dezelfde wijze worden vervolgd, namelijk voor de correctionele rechtbank. Door de huidige regeling worden drukpersmisdrijven vaak geseponeerd en heerst er quasi straffeloosheid voor mediamisdrijven die niet door racisme of xenofobie zijn ingegeven.

We benadrukken evenwel dat art. 25 Gw. enkel gewijzigd mag worden als ook art. 150 Gw. wordt aangepast. Door de uitbreiding van het begrip persmisdrijven zou het hof van assisen anders net bevoegd zijn voor nog meer misdrijven.

Half­slach­ti­ge wijziging

De wetgever is gebonden aan de verklaring tot herziening van de Grondwet. Die bepaalt dat artikel 25 Gw. enkel openstaat om een lid toe te voegen om de waarborgen uit te breiden tot andere informatiemiddelen.

Maar dat betekent dat er niets verandert aan de cascade-aansprakelijkheid in het artikel, dat gewag maakt van de schrijver, de uitgever, de drukker en de verspreider en daarmee zuiver op de leest van de drukpers is geschreven. Wat met een radiopresentator of iemand die een racistische video op YouTube post?

Bovendien is de hedendaagse, digitale context van de vrijheid van meningsuiting erg verschillend van die van de vorige eeuw. Voor de gedrukte pers en andere klassieke media is art. 25 Gw. een waarborg tegen censuur. Digitale verspreiders zien zich tegenwoordig genoodzaakt om net het tegenovergestelde te doen en onjuiste informatie en fake news aan banden te leggen

Het illustreert dat de evenwichtsoefening voor de vrijheid van meningsuiting thans veel ingewikkelder is dan wat art. 25 Gw. voor ogen heeft en doet de vraag rijzen of het wetsvoorstel voldoende rekening houdt met de specifieke kenmerken van de moderne media.

Ook interessant

Rechtstaat
donderdag 20 juni 2024

"Europa voor Echt" bereikt jongeren met juridische quiz over rechtstaat

In aanloop naar de afgelopen verkiezingen hebben we een campagne gelanceerd genaamd "Europa voor Echt", gericht op jongeren tussen 16 en 23 jaar. De campagne, die plaatsvond tijdens de maand mei, had als doel om de jongere generatie bewust te maken van het belang van de rechtstaat in Europa.

Meer lezen
Persconferentie
Rechtstaat
vrijdag 31 mei 2024

Meerderheid verkiezingsprogramma’s bedreigt de rechtstaat

Het merendeel van de verkiezingsprogramma’s bevatten punten die een rechtstreekse bedreiging vormen voor de rechtstaat, geen enkele partij biedt 100% garantie op de principes ervan. De rechtstaat blijkt geen rustig bezit maar een werkwoord.

Meer lezen