Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Standpunt wijzigingen inzake internering
De Orde van Vlaamse Balies is al jaren bekommerd om de mensonterende toestand van geesteszieke delinquenten, die zonder kwalitatieve behandeling wegkwijnen in de gevangenis. In het kader van het wetsontwerp "Potpourri III", dat wijzigingen aanbrengt aan de interneringswet van 5 mei 2014, heeft de OVB enkele opmerkingen geformuleerd.
De derde potpourriwet behandelt vooral de organisatie van de rechterlijke orde, de elektronische betekening en de interneringswet. Op 23 februari 2016 mocht de Orde van Vlaamse Balies haar standpunt over de voorgestelde wijzigingen aan de interneringswet verdedigen.
De OVB steunt de basisprincipes van de interneringswet 2014 en van de wijzigingen die PPIII bevat: een internering voor de zwaarste gevallen, een flexibel en persoonlijk zorgtraject en een rechterlijke beoordeling van de hele uitvoering van de internering. Ze volgt de besprekingen op de voet - net als bij de eerste twee Potpourriwetten - en geeft constructieve kritiek, zoals:
- De OVB treedt de vaststelling bij dat geesteszieke daders van minder ernstige misdrijven niet meer kunnen worden geïnterneerd. Ze vraagt zich echter af hoe die personen dan een gepaste behandeling kunnen krijgen.
- De OVB steunt volop het uitgangspunt dat geïnterneerden niet in de gevangenis thuishoren, maar betreurt dat in sommige gevallen geesteszieken nog steeds voor een korte, doch onbepaalde termijn in de gevangenis kunnen worden opgesloten.
- De OVB pleit voor een beroepsmogelijkheid tegen de beslissingen in het interneringstraject en is voorstander van een inzagerecht in het dossier, dat niet gebonden is aan bepaalde termijnen.
- De herinvoering van de mogelijkheid veroordeelden in de gevangenis alsnog te interneren, kan op goedkeuring rekenen. De OVB vraagt evenwel dat de wetgever de verbinding tussen de geestesziekte en de vrijheidsberoving consequent toepast.
Het voorzien in een adequaat en flexibel zorgtraject op maat vergt niet alleen aanpassingen van de wet, ze vereist ook een globale, bevoegdheidsoverschrijdende visie op de zorg en behandeling van geesteszieke delinquenten. Een doorgedreven samenwerking met Volksgezondheid is cruciaal. Daarnaast moet ook voldoende worden geïnvesteerd in de zorg en behandeling van geesteszieke delinquenten, zowel in de overheids- als in de private instellingen. Dat vergt een doordachte en met de interneringswet overeenstemmende uitbouw van de geestelijke gezondheidszorg.
U leest het volledige OVB-standpunt, dat op 22 februari 2016 aan de minister werd bezorgd, bij de downloads.