Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Standpunt Veroordelingen genitale verminking
Op vraag van het kabinet Justitie hebben we ons standpunt overgemaakt bij een parlementaire vraag over de strafbaarstelling van vrouwelijke genitale verminking. Daarbij werd met de vinger gewezen naar de manier waarop de advocaat zijn cliënt zou verdedigen.
Het uitvoeren van vrouwelijke genitale verminking en het aanzetten daartoe is verankerd in het Strafwetboek. Naar verluidt bestaan dergelijke zaken maar worden er zelden veroordelingen uitgesproken. De parlementaire vraag stelt dat:
“de advocaten van de verdediging schermen met het feit dat het louter strafbaar stellen van genitale verminking van vrouwen een ongelijkheid in het leven roept aangezien besnijdenis van jongens en mannen geen strafbaar feit uitmaakt.”
Het spreekt voor zich dat we ons kritisch hebben uitgesproken over deze uitspraken:
- Een advocaat werkt met het gereedschap dat hem ter beschikking wordt gesteld door de wetgever. Als dat gebreken vertoont, is het fout om de advocaat te viseren voor het verdedigen van diens cliënt
- Als dit argument inderdaad regelmatig wordt opgeworpen, zou mogen worden verwacht dat het Grondwettelijk Hof intussen al zou zijn gevat met een prejudiciële vraag
- Dergelijke feiten worden sowieso slechts in erg beperkte mate aangegeven door de familiale sfeer waarbinnen zij doorgaans plaatsvinden
- Naar analogie met ons eerdere standpunt bij feminicide, vinden we het problematisch in het licht van het gelijkheidsbeginsel dat de besnijdenis van personen van het mannelijke geslacht geen apart strafbaar feit kunnen uitmaken