Standpunt druk­pers­mis­drij­ven

De wetsvoorstellen tot wijziging van artikel 25 en artikel 150 van de Grondwet beogen enerzijds de uitbreiding van de grondwettelijke waarborgen tot alle informatiemedia en anderzijds een gelijke, effectieve vervolging van strafbare uitingen van racisme, vreemdelingenhaat en seksisme voor de correctionele rechtbank.

3 vragen

Drie vragen zijn cruciaal in de analyse van de voorstellen:

1. Moeten de grondwettelijke waarborgen voor de drukpers uitgebreid worden tot alle informatiemedia?

Ja. De interpretatie van het Hof van Cassatie is momenteel te beperkend. Voor een effectieve bescherming van de vrijheid van meningsuiting, één van de fundamenten van onze democratische samenleving, moet preventieve censuur worden verboden voor alle informatiemedia.

1. Sluit de voorgestelde nieuwe paragraaf aan bij de rest van het artikel, dat niet gewijzigd zal worden?

Nee. Er wordt enkel een lid toegevoegd om het toepassingsgebied uit te breiden, maar de rest van het artikel, bijvoorbeeld de cascade-aansprakelijkheid, is niet in staat om adequaat in te spelen op de hedendaagse ontwikkelingen en de specifieke kenmerken van de moderne media.

1. Hoe moet artikel 25 Gw. zich verhouden tot artikel 150 Gw.?

Om straffeloosheid van mediamisdrijven tegen te gaan en uiteenlopende uitingen van haat en discriminatie op gelijke wijze te behandelen, moeten die mediamisdrijven vervolgd worden voor de correctionele rechtbank. Op dat punt steunen we het wetsvoorstel.

Hoorzitting

Op 21 april 2021 vertolkte bestuurder Erik Schellingen het standpunt van de OVB op de hoorzitting van de Kamercommissie Grondwet en Institutionele vernieuwing.