Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 71

Vertrouwelijke briefwisseling - loyaliteitsregel - opstelling door de betrokken Stafhouder(s) van een zgn. "protocol"-vermelding van de datum van het protest tegen een factuur (in brief advocaat aan zijn confrater)

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

Ik dank U voor uw brief van 29 maart ll.

1. U vermeldt dat in een betwisting tussen een confrater van uw balie en een confrater van de balie van Luik omtrent al dan niet vertrouwelijke briefwisseling, beide Stafhouders tot de vaststelling komen dat een bepaald schrijven uitgaande van de Luikse confrater geen officieel karakter heeft.

Daar dit belangrijke consequenties heeft voor het betrokken dossier, althans voor de verdediging die gevoerd wordt door de betrokken Luikse confrater, in die zin dat hij, nu hij geen bewijs meer heeft namens zijn cliënte bepaalde facturen te hebben geprotesteerd, beslissen de Stafhouders dat de plicht van loyaliteit gebiedt dat de Hasseltse confrater niet mag ontkennen dat er een protest is geweest van de bedoelde factuur en wel door zijn Luikse confrater aan hemzelf.

Het reglement van de Nationale Orde over de confidentialiteit van briefwisseling bepaalt inderdaad in zijn artikel 3 dat in voorkomend geval de Stafhouder zorgt voor de loyale toepassing van artikel 2.

De plicht tot loyaliteit houdt in dat het een advocaat - naar omstandigheden - niet toegestaan is een vertrouwelijk gegeven, dat blijkt uit confidentiële briefwisseling, te ontkennen, waarvan hij uit eigen weten weet dat het waar is.

Een advocaat mag immers een zaak niet dienen met middelen waarvan hij weet dat ze niet rechtmatig zijn (LAMBERT, Règles et usages de la profession d'avocat du barreau de Bruxelles, pag. 583).

Uw collega Stafhouder stelt voor om desbetreffend een zogenaamd protocol op te stellen, te ondertekenen door beide Stafhouders en waarin vermeld wordt dat de beide Stafhouders bevestigen dat per brief van datum X van de Luikse confrater optredende voor zijn te noemen cliënte een bepaalde factuur werd geprotesteerd.

U meent dat daardoor de Luikse Stafhouder zijn confrater in iets verdergaande mate wil helpen dan de loyaliteitsverplichting op eerste zicht aangeeft, met name : een officieel attest van beide Stafhouders dat daarenboven specifiek de betrokken datum vermeldt.

2. De vraag is of het gebruik van dergelijk protocol door de Stafhouders ondertekend algemeen aanvaard is.

Het bleek U bij rondvraag dat een paar Stafhouders en gewezen Stafhouders daarover geen eensgezind antwoord hebben gegeven.

De vraag is of de Stafhouders zich dermate met de feiten van het betrokken dossier moeten inlaten om een effectief protocol op te stellen met de uitdrukkelijke specificatie van de datum van een brief waarvan nochtans unaniem door beide Stafhouders wordt aanvaard dat het hier een niet officieel schrijven betreft.

3. Wat het laatste punt betreft, meen ik dat de zin van loyaliteit, wanneer het om een protest tegen een factuur gaat, gebiedt dat ook de datum zou worden begrepen in de loyaliteitsverplichting, omdat de datum met betrekking tot het protest van een factuur vaak van doorslaggevend belang is.

Het is niet voldoende te zeggen dat een factuur is geprotesteerd ; ze moet ook binnen de korte termijn, zoals de wet voorschrijft, worden geprotesteerd.

Ik meen dus dat de loyaliteitsverplichting in dergelijke zaken de advocaat die een dergelijke brief van protest toegestuurd kreeg door zijn confrater gebiedt niet te ontkennen dat er een protest geweest is en wel een protest op een bepaalde datum, waarbij dan voor de rechtbank eventueel kan worden gedebatteerd of dat een nuttig, t.t.z. tijdig protest is geweest.

4. Wat betreft het gebruik van het protocol dien ik op te merken dat het protocol niet algemeen gebruikelijk is bij de Stafhouders, doch wel meer voorkomt bij de Franstalige en met name de Brusselse Stafhouders dan wel in het Vlaamse land.

Ik heb daarover in "Regels en gebruiken van de advocatuur te Antwerpen", nr 832 e.v. het volgende geschreven :

"Brieven, faxen, telexen die een ander element bevatten, dienen aldus in hun geheel als confidentieel te worden beschouwd (commentaar bij artikel 2 : de beschikkingen van onderhavig artikel gelden enkel voor die mededelingen die niets anders behelzen dan wat onder 1°, 2°, 3°,3°bis en 4° vermeld is).

Toch wordt aangenomen in de praktijk dat excerpten van brieven, door de Stafhouder aangeduid, kunnen voorgelegd in rechte, of zelfs dat de Stafhouder(s) een verklaring zou(den) kunnen opstellen die in rechte kan worden voorgelegd waarin bepaalde passages als het ware geattesteerd worden.

Deze laatste mogelijkheid, in gebruik bij sommige andere balies, moet echter afgekeurd worden omdat de Stafhouders daar een interpretatietaak wordt opgelegd doordat ze een tekst moeten redigeren, die mogelijk als onjuist wordt ervaren door één der partijen.

De gedeeltelijke voorlegging kan enkel verantwoord zijn in het kader van de bevoegdheid van de Stafhouder(s) te zorgen voor de loyale toepassing van artikel 2 van het reglement."

Ik ben dus geen groot voorstander van het systeem van het protocol, temeer omdat het protocol eenvoudig kan vervangen worden indien het geen ingewikkelde situatie betreft, zoals in casu, door het gebod opgelegd door de beide Stafhouders aan de betrokken advocaten om niet te ontkennen dat er een protestbrief is geschreven, zij het van advocaat tot advocaat en dus gedekt in casu door de vertrouwelijkheid, en wel op een bepaalde datum.

Beide advocaten kunnen met deze richtlijn van de Stafhouder rekening houden in hun conclusies en aldus kan het probleem opgelost worden in vele gevallen zonder dat de Stafhouders de interpretatiemoeilijkheden van een protocol onder ogen moeten zien.

Stafhouder Jo Stevens
Bestuurder departement deontologie


Ook interessant

Advies 251

Meer lezen

Advies 692

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen