Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 683

De onafhankelijkheid en het beroepsgeheim van de advocaat staan een cumul tussen het beroep van belastingconsulent en dat van advocaat in de weg. Gelet op enerzijds de verwantschap tussen beide beroepen en anderzijds de verschillen (onder andere op het vlak van het beroepsgeheim), is het risico op verwarring bij cliënten, belastingdiensten, … omtrent de hoedanigheid waarin de advocaat optreedt, niet te miskennen. Er is dan ook minstens een wezenlijke dreiging dat het publieke vertrouwen in de advocatuur wordt aangetast.

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Deel dit artikel

Vraag

Mr. X is advocaat bij Y Legal. Op 7 september ll. werd ze opgenomen op het tableau.

Thans krijgt mr. X de opportuniteit aangeboden om voor Y Belastingconsulenten in loondienst te werken. Omdat de activiteiten van die afdeling in de lijn liggen van haar ‘specialisatie’ in internationale tewerkstelling, is ze die aanbieding genegen. Daarnaast wil ze haar activiteiten als advocaat minstens gedeeltelijk verderzetten, meer bepaald voor het opvolgen en afwerken van een aantal eigen dossiers en pro-Deodossiers voornamelijk in de materie van het vreemdelingenrecht.

Contractueel is het mr. X niet toegelaten om de infrastructuur van Y, inclusief technologie, te gebruiken voor haar eigen dossiers. Alle communicatie, in persoon en schriftelijk, zou via haar persoonlijk e-mailadres verlopen en op haar kantoor thuis of elders. Daarnaast moet mr. X aan Y verantwoorden dat haar advocatenactiviteiten volledig los staan van haar werkzaamheden als belastingconsulent.

U heeft bedenkingen bij de cumul van het beroep van advocaat met dat van belastingconsulent, zeker indien dit binnen dezelfde ‘groep’ (Y) zou worden uitgeoefend. Het moet immers voor de cliënt duidelijk zijn in welke hoedanigheid zijn adviseur of raadsman optreedt. Bovendien moet de advocaat die een andere activiteit uitoefent, erover waken dat beide activiteiten voldoende gescheiden blijven (bv. op het vlak van communicatie, locatie, archivering, informatica, …). In casu lijkt u dit moeilijk te organiseren.

U legt volgende vragen voor:

  1. Is het beroep van advocaat (uitgeoefend in eigen naam, niet als lid van het advocatenkantoor Y Legal Lawyers) verenigbaar met dat van belastingconsulent (bij Y Belastingconsulenten)?
  2. Indien bovenstaande vraag bevestigend wordt beantwoord: quid indien het beroep van advocaat zou worden uitgeoefend in een advocatenkantoor dat een samenwerkingsverband heeft met het kantoor van belastingconsulenten? Deze hypothese is in casu niet het geval.

Advies

Vooreerst breng ik de algemene regel van artikel 437, eerste lid, 4° Ger. W. in herinnering:

Het beroep van advocaat is onverenigbaar:

(…)

4° met alle bezoldigde betrekkingen of werkzaamheden, openbare of particuliere, tenzij ze noch de onafhankelijkheid van de advocaat, noch de waardigheid van de balie in gevaar brengen.” (eigen onderlijning)

Met het oog op de modernisering van het beroep van advocaat werd in het zogenaamde reglement ‘perimeter van het beroep’ de principiële onverenigbaarheid van andere activiteiten met het beroep van advocaat – zoals bepaald in artikel 437 Ger. W. – omgedraaid.

Wanneer de advocaat een andere activiteit uitoefent, moet hij erop toezien dat die activiteit zijn onafhankelijkheid en beroepsgeheim in de uitoefening van het beroep van advocaat niet schendt en dat hij ieder belangenconflict vermijdt. De andere activiteit mag in geen geval het publieke vertrouwen in de advocatuur in het gedrang brengen. (artikel 11, tweede alinea van de Codex).

Artikel 11bis van de Codex bepaalt de voorwaarden waaraan de advocaat moet voldoen opdat de andere activiteit verenigbaar is met het beroep van advocaat, onverminderd de toepassing van artikel 437 Ger. W.:

  • de advocaat moet zijn stafhouder minstens één maand op voorhand omstandig en gedetailleerd informeren over de andere activiteit. Hij licht tevens schriftelijk toe dat die activiteit zal uitgeoefend worden in overeenstemming met artikel 11 van de Codex; en
  • de advocaat eerbiedigt bij de uitoefening van die activiteit steeds de integriteitsbeginselen van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid.

In casu dient de uitoefening van het beroep van belastingconsulent te worden getoetst aan enerzijds de kernwaarden beroepsgeheim, onafhankelijkheid, het vermijden van belangenconflicten en anderzijds de integriteitswaarden (waardigheid van de balie, rechtschapenheid en kiesheid) (artikel 11 juncto artikel 11bis van de Codex en artikel 437 Ger. W.). Tenslotte mag die andere activiteit het publieke vertrouwen in de advocatuur niet in het gedrang brengen (artikel 11, tweede lid van de Codex).

Alvorens de activiteit van belastingconsulent te toetsen aan de hierboven vermelde criteria, merk ik op dat mr. X niet schrijft dat ze het beroep van belastingconsulent wenst uit te oefenen. Ze vraagt toestemming ‘om voor een andere afdeling bij Y Belastingconsulenten te werken in loondienst’. Mogelijk zou ze op die dienst kunnen tewerkgesteld worden als jurist.

Aangezien u in uw communicatie aan mr. X steeds gewag maakt van ‘het beroep van belastingconsulent’ en zij niet repliceert dat ze weliswaar op de dienst Belastingconsulenten werkzaam wenst te zijn, zij het niet als belastingadviseur maar als jurist, ga ik ervan uit dat mr. X wel degelijk het beroep van belastingconsulent beoogt. Mijn advies betreft dan ook de beantwoording van de vraag of het beroep van belastingadviseur mij verenigbaar lijkt met dat van advocaat (de uiteindelijke beslissing over de al dan niet verenigbaarheid komt zoals u weet toe aan de raad van de Orde). Mocht mr. X toch als jurist de dienst Belastingconsulenten willen vervoegen, dan dient de vraag geherformuleerd te worden naar de verenigbaarheid van het beroep van advocaat met dat van jurist of misschien zelfs van bedrijfsjurist.

Dit alles is van belang omdat de titel van belastingadviseur wettelijk beschermd is, de toegang tot het beroep gereglementeerd is en de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur (BS, 27 maart 2019) de hoofdactiviteiten van een gecertificeerd belastingadviseur opsomt. Artikel 6 van die wet luidt als volgt:

Ҥ 1. Een gecertificeerd belastingadviseur voert hoofdzakelijk de volgende beroepsactiviteiten uit:

advies verstrekken in alle fiscale aangelegenheden;

2° de belastingplichtige bijstaan bij het nakomen van zijn fiscale verplichtingen;

3° de belastingplichtige vertegenwoordigen bij de belastingdiensten.

§ 2. Niemand mag als zelfstandige, noch als natuurlijk persoon noch als rechtspersoon, voor rekening van derden, in hoofdberoep of bijberoep, de beroepsactiviteiten als bedoeld in paragraaf 1 uitoefenen, indien hij niet ingeschreven is in het openbaar register als beroepsbeoefenaar, noch op de aparte lijst in het openbaar register bedoeld in artikel 29, § 2.

Het eerste lid is niet van toepassing op de personen die op grond van wettelijke of reglementaire bepalingen of op grond van beroepsgebruiken gewoonlijk de activiteiten uitoefenen bedoeld in paragraaf 1 en die eveneens onderworpen zijn aan de wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten.

§ 3. Kunnen niet ingeschreven worden op de aparte lijst in het openbaar register bedoeld in artikel 29, § 2:

1° diegenen die in het verleden tuchtrechtelijk werden geschrapt van het tableau der leden of de lijst van de stagiairs van een gereglementeerd beroep, zolang zij geen eerherstel bekomen hebben;

2° diegenen die niet voldoen aan de voorwaarden bedoeld in artikel 10, § 1, 2°, 3° en 4°, § 2 en § 3;

3° diegenen die veroordeeld zijn voor een inbreuk op de wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten of die een sanctie hebben opgelopen in de zin van artikel 118 van deze wet.”

Artikel 29, § 2 van de wet van 17 maart 2019 bepaalt:

§ 1. Het Instituut houdt een openbaar register bij om toe te laten de lijst van personen die het beroep mogen uitoefenen of de beroepstitel mogen dragen, te raadplegen en na te kijken.

Elke beroepsbeoefenaar, zowel een natuurlijk als een rechtspersoon, wordt ingeschreven in het openbaar register, met de toevoeging van zijn hoedanigheid.

De stagiairs worden eveneens ingeschreven in het openbaar register, met de vermelding van stagiair.

De personen die het beroep binnen een arbeidsovereenkomst of een door de overheid bezoldigde betrekking uitoefenen en die aan de voorwaarden van hoofdstuk 4 beantwoorden, worden ingeschreven met hun hoedanigheid.

Het Instituut wijst bij de inschrijving aan elke ingeschreven persoon een inschrijvingsnummer toe.

§ 2. Het Instituut houdt in het openbaar register een aparte lijst bij van de personen bedoeld in artikel 6, § 2, eerste lid, omvattende de personen die de beroepsactiviteiten als bedoeld in artikel 6, § 1, uitoefenen, zonder het voeren van de beroepstitel bedoeld in paragraaf 1, om toe te laten de lijst van deze personen te raadplegen en na te kijken.”

Het geciteerde artikel 6 leert ons het volgende:

1.) Hoewel de wet van 17 maart 2019 geen exhaustieve opsomming geeft van de beroepsactiviteiten van de belastingadviseur, worden zijn voornaamste werkzaamheden opgesomd in de eerste paragraaf:

1° advies verstrekken in alle fiscale aangelegenheden;

2° de belastingplichtige bijstaan bij het nakomen van zijn fiscale verplichtingen;

3° de belastingplichtige vertegenwoordigen bij de belastingdiensten.

De overeenkomst met de werkzaamheden van een advocaat is dan ook niet ver zoek. Zijn kerntaken bestaan immers uit het vertegenwoordigen, bijstaan en verdedigen in rechte van zijn cliënt en het verlenen van juridisch advies (artikel 11, eerste alinea van de Codex).

2.) Volgens §2, eerste alinea mogen alleen (natuurlijke of rechts)personen die ingeschreven zijn in het openbaar register advies verstrekken in alle fiscale aangelegenheden, bijstand verlenen aan de belastingplichtige bij het nakomen van zijn fiscale verplichtingen en hem vertegenwoordigen bij de belastingdiensten.

De tweede alinea van §2 kent een uitzondering en laat die beroepsactiviteiten toe voor personen die op grond van wettelijke of reglementaire bepalingen of op grond van beroepsgebruiken gewoonlijk die activiteiten uitoefenen en onderworpen zijn aan de wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten.

Het lijdt geen twijfel dat (onder andere) de advocaat hieronder wordt begrepen. Zoals hierboven aangehaald behoren net die beroepsactiviteiten tot de kerntaken van de advocaat. Daarnaast is de advocaat onderworpen aan de witwaspreventiewet, zij het slechts in de artikel 5, 28° opgesomde gevallen.

Het gegeven dat de advocaat identiek dezelfde beroepsactiviteiten kan uitoefenen als de belastingconsulent, is van belang bij de appreciatie van de cumul tussen beide beroepen. Hierna wordt dit verder toegelicht.

Zoals hoger reeds aangehaald, moet mr. X wanneer zij het beroep van belastingadviseur zou uitoefenen, erop toezien dat die activiteit haar onafhankelijkheid en beroepsgeheim in de uitoefening van het beroep van advocaat niet schendt en dat zij ieder belangenconflict vermijdt.


Wat de onafhankelijkheid betreft, dient de advocaat vrij van alle druk, in het bijzonder van de druk van eigen belangen of van beïnvloeding van buitenaf op te treden (artikel 2 van de Codex). Niet alleen een schending van de onafhankelijkheid als advocaat is uit den boze, zelfs de schijn, de perceptie van een gebrek aan onafhankelijkheid die zou kunnen bestaan bij de cliënt volstaat om desgevallend een activiteit te verbieden.

Mr. X stelt in haar e-mail aan u d.d. 29 september 2020 het volgende: “Omdat de activiteiten van de afdeling [lees: Y Belastingconsulenten] in lijn liggen met mijn specialisatie in de internationale tewerkstelling, vind ik dat op zich een verdedigbare optie.” Hieruit meen ik te kunnen begrijpen dat de materies die ze als advocaat behandelt enigszins verwant zijn aan de materies waarmee ze als belastingconsulent zou worden geconfronteerd.

Bij haar verduidelijking aan u op 4 november ll. lijkt het echter om totaal ander cliënteel en rechtsmaterie te gaan:

  • de dossiers die ik behandel, zijn voor mij vooral een manier om iets terug te geven aan degenen die het minder goed stellen in de maatschappij - aangezien ik gespecialiseerd ben in het vreemdelingenrecht gaat het vooral om pro deo dossiers en dossiers van kwetsbaren;
  • de klanten van Y en klanten die zich tot mij richten zijn van totaal verschillende grootte en orde: bij Y werk ik vooral met grote multinationals en in mindere mate met KMO's terwijl mijn eigen dossiers van klanten zijn die meestal Y zelfs niet kennen;
  • ik moet tevens aan Y duidelijk maken dat het niets te maken heeft met mijn activiteit bij hen - dit is een lijn die op dezelfde manier zowel door de Orde als door Y wordt gehanteerd;

Indien mr. X als advocaat daadwerkelijk voornamelijk vreemdelingenrecht beoefent – wat op zich niets met fiscaliteit te maken heeft – lijkt er op het eerste gezicht geen probleem van onafhankelijkheid te bestaan, noch van belangenconflicten. Hiervan kan echter niet worden uitgegaan. De enigszins afwijkende informatie betreffende de advocatenactiviteiten van mr. X doet vooreerst vragen rijzen betreffende het door haar hoofdzakelijk beoefende rechtsdomein. Daarnaast is het niet uitgesloten dat mr. X als advocaat toch ook kan worden geraadpleegd in een of andere fiscale aangelegenheid. Hier knelt mijns inziens het schoentje.

Men is immers advocaat (en dus principieel raadpleegbaar door alle cliënten in allerlei soort zaken) of men is het niet. Eens toegelaten tot het tableau (of de lijst) geldt er geen beperking voor het soort van activiteiten of cliënten die een advocaat kan bedienen.

Zoals hierboven reeds uiteengezet behoren de voornaamste taken van de belastingconsulent ook tot de kerntaken van de advocaat (advies in fiscale zaken, bijstand van de belastingplichtige bij het nakomen van zijn fiscale verplichtingen en de vertegenwoordiging bij de belastingdiensten). Een cumul tussen het beroep van advocaat en dat van belastingadviseur toelaten zou kunnen betekenen dat de betrokkene de ene keer zijn cliënt-belastingplichtige bijstaat of vertegenwoordigt bij de belastingdiensten als advocaat en de andere keer als belastingadviseur. Dat dit verwarring creëert hoeft weinig verder betoog. Het uitoefenen van een andere activiteit naast het beroep van advocaat vereist een strikte scheiding tussen beide werkzaamheden. Het komt mij voor dat hieraan niet kan worden voldaan. Het uitoefenen van beide activiteiten op een afzonderlijke locatie, met het gebruik van een ander e-mailadres, telefoonnummer, briefpapier, … volstaat mijns inziens niet.


Wat het beroepsgeheim betreft, merk ik op dat artikel 50 van de wet van 17 maart 2019 een beroepsgeheim van de belastingadviseur verankert. Dit is evenwel niet zo strikt als dat van de advocaat. Zo is hun meldingsplicht in het kader van de witwaspreventiewet ruimer dan dat van de advocaat (die laatste valt slechts in de in artikel 5, 28° opgesomde gevallen onder het toepassingsgebied van de wet), de belastingadviseur dient ondernemingen in moeilijkheden die zijn advies niet hebben opgevolgd aan te geven, de bepaling van art. 458quater Sw. geldt enkel voor de advocaten, …

Het is dan ook verwarrend voor de cliënt / klant. Wanneer die mr. X consulteert als advocaat, dan wel als belastingadviseur zijn andere deontologische regels (waaronder die betreffende het beroepsgeheim) van toepassing. Het door mr. X opgeworpen argument dat de klanten van Y voornamelijk multinationals en in mindere mate KMO’s zijn en haar cliënten in haar advocatenpraktijk eerder kwetsbare personen zijn die Y meestal zelfs niet kennen, gaat niet op. Het is immers niet uitgesloten dat mr. X als advocaat (in de toekomst) wordt geraadpleegd door ondernemingen of andersom, dat belastingplichtige natuurlijke personen beroep doen op de diensten van Y Belastingconsulenten.

Ik besluit dat mijns inziens de onafhankelijkheid en het beroepsgeheim van de advocaat een cumul tussen het beroep van belastingconsulent en dat van advocaat in de weg staan. Gelet op enerzijds de verwantschap tussen beide beroepen en anderzijds de verschillen (onder andere op het vlak van het beroepsgeheim), is het risico op verwarring bij cliënten, belastingdiensten, … omtrent de hoedanigheid waarin mr. X optreedt, niet te miskennen. Er is dan ook minstens een wezenlijke dreiging dat het publieke vertrouwen in de advocatuur wordt aangetast.

Zoals hoger aangehaald waren in de eerste plaats sommige leden van de commissie deontologie van oordeel dat de lijn van vroegere adviezen dient te worden aangehouden. Zo werd in advies nr. 4 van mijn voorganger Alex TALLON geoordeeld dat het beroep van advocaat verenigbaar is met dat van zelfstandig jurist in een bouwonderneming mits enkele voorwaarden worden nageleefd, zoals het zich ervan onthouden op te treden als advocaat wanneer men eerder voor die cliënt diensten heeft verleend als jurist (overeenkomstig artikel 11quinquies van de Codex). U kan dit advies raadplegen in de databank van de deontologie adviezen op het privaat luik. U dient hiervoor het trefwoord ‘onverenigbaarheden’ in te tikken. De raad van de Orde van balie provincie Antwerpen heeft dit advies gevolgd.

Daarnaast leek tevens voor sommige commissieleden het hebben van een andere, zelfs strijdige deontologie geen beletsel te zijn.

Ik ben echter de mening toegedaan dat niet kan worden verwacht dat onze kernwaarden onafhankelijkheid en beroepsgeheim in gevaar (dreigen te) komen omwille van een praktische oplossing voor vroeger toegestane gelijkaardige activiteiten. Concreet: indien Y Legal aan mr. X zou toelaten dat zij ook binnen het kantoor haar eigen cliënteel kan bedienen, zou ze m.i. de vraag nooit aan u hebben voorgelegd.

De deontologie van de belastingconsulenten en deze van de advocaat lijkt mij inzake de absolute kernwaarde (het beroepsgeheim) niet verenigbaar, zodat het gelijktijdig uitoefenen van beide beroepen mij evenzeer onverenigbaar voorkomt, minstens uit hoofde van de wezenlijke dreiging voor het publieke vertrouwen in de advocatuur.

Aangezien de uitoefening van beide beroepen - waarbij de advocatendiensten afzonderlijk, gescheiden van Y Belastingconsulenten worden uitgeoefend - mij onverenigbaar voorkomt is het nogal evident dat ik uw tweede vraag tevens negatief beantwoord. In die hypothese zou het beroep van advocaat worden uitgeoefend in een advocatenkantoor dat een samenwerkingsverband heeft met het betrokken kantoor van belastingconsulenten.

Jan Meerts

Bestuurder deontologie, tucht en regulering

Ook interessant

Advies 719

Meer lezen

Advies 720

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen