Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Deontologie-advies Advies 599
Het minnelijk wijzigen van conclusietermijnen valt onder het mandaat ad litem.
Dominique Dombret
![Dominique Dombret](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/Dominique-Dombret_2023-10-12-113552_szsd.jpg)
Merve Köse
![Merve Köse](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/OVB_Portretten-oktober_19_low.jpg)
Vraag
U vraagt advies met betrekking tot het mandaat van de advocaat bij het minnelijk verlengen van conclusietermijnen.
Een advocaat van uw balie volgt een confrater op als raadsman van een accountantskantoor.
In een dossier tussen het accountantskantoor en drie andere partijen, vertegenwoordigd door één raadsman, werden conclusietermijnen overeengekomen en werd de pleitdatum vastgelegd op 30 mei 2017.
De raadsman van de drie verwerende partijen had een conclusietermijn laten verstrijken en vroeg aan de vorige raadsman van het accountantskantoor om de termijn minnelijk te willen verlengen. De opgevolgde advocaat heeft hiermee ingestemd. Blijkbaar was de cliënt hiervan niet op de hoogte.
Nu de opvolgende advocaat van uw balie aan zij tegenstrever een minnelijke verlenging van de conclusietermijn vroeg met behoud van de pleitdatum op 30 mei as. (daar hij de dossiers diende te bestuderen), weigerde de tegenstrever.
De vraag rijst of het minnelijk wijzigen van conclusietermijnen behoort tot het mandaat ad litem, dan wel een bijzonder mandaat betreft.
Advies
Ik verwijs hiervoor naar het uitvoerig gemotiveerd advies 307 van het departement deontologie, dat ik als bijlage voeg. Zoals u weet, kan u het tevens consulteren op het privaat luik van de website van de OVB onder de rubriek ‘informatie > deontologie, wetgeving en reglementen > adviezen deontologie > trefwoord ‘mandaat’’.
U zal in advies 307 lezen dat het gaat om een handeling die valt onder het mandaat ad litem. Het advies belicht tevens uw bevoegdheden als stafhouder terzake op grond van artikel 473 Ger. W.
Ik geef U nog ter overweging het laatste lid van art. 97 van onze Codex mee. Voormeld laatste lid bepaalt: “Om een eerlijke en behoorlijke rechtspleging te bevorderen, heeft de advocaat een plicht van loyaliteit en confraterniteit. De regels van confraterniteit bevorderen de vertrouwensrelatie tussen advocaten in het belang van de cliënt en strekken er tevens toe onnodige processen en elk gedrag dat de reputatie van het beroep kan schaden, te voorkomen”.
Jacques Van Malleghem
Bestuurder departement deontologie