Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Deontologie-advies Advies 593
Een advocaat kan aandeelhouder zijn van een commerciële vennootschap, op voorwaarde dat hij geen mandaat van dagelijks bestuur of zaakvoerderschap opneemt. Hij moet tevens de regels van kiesheid en strijdigheid van belangen naleven.
Dominique Dombret
Merve Köse
Vraag
Een advocaat van uw balie wenst voor 33,3% aandeelhouder te worden in een opstartend bedrijf dat een biologische drank heeft ontwikkeld en nu wilt lanceren. Hoewel het maatschappelijk doel veelomvattend is, houdt men zich volledig en uitsluitend bezig met de verdere ontwikkeling, de productie en de verkoop van de bio-graandrank.
Het is de bedoeling dat de advocaat enkel achter de schermen aandeelhouder (eventueel stille vennoot) zou zijn en in ieder geval geen functie als zaakvoerder zou opnemen. De rol van de advocaat zou bestaan in het verstrekken van advies, controle en opvolging.
U verwijst naar advies 532. Terecht meent u dat het in casu om een andere aangelegenheid gaat.
Advies
Ik ben het met u eens dat de advocaat niet kan verboden worden om aandeelhouder te zijn van een commerciële vennootschap, weliswaar met dien verstande dat hij geen mandaat van dagelijks bestuur of zaakvoerderschap kan opnemen.
Daarnaast dient de advocaat de regels van kiesheid en strijdigheid van belangen na te leven. Een advocaat die ook aandeelhouder is van zijn cliënt kan zijn onafhankelijkheid in het gedrang brengen en zich laten leiden door eigen profijt, eerder dan door het uitsluitend belang van zijn cliënt.
(J. STEVENS, Advocatuur. Regels & Deontologie, Kluwer, 2015, 1067, nr. 1335.)
Bovendien moet de advocaat er beducht voor zijn dat men hem niet kan verwijten dat zijn activiteit in een handelsvennootschap – hoewel het hem niet direct tot handelaar maakt – niet uitloopt op ‘een geestesgesteldheid die niet strookt met die van een advocaat’, en dus kan gelijkgesteld worden met het drijven van handel en nijverheid.
(J. STEVENS, o.c., nr. 1335.)
Tot slot wens ik nog op te merken dat de vergoeding met effecten van de cliënt verboden is wegens strijdig met het verbod van vergoeding van advocaten in natura. (J. STEVENS, o.c., nr. 1335.)
Jacques Van Malleghem
Bestuurder departement deontologie