Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 57

Overlegging aan de arbiters van briefwisseling tussen advocaten en hun Stafhouders voorafgaandelijk aan de arbitrage tussen betrokken advocaten onmogelijk - Stafhouder kan evenwel toezien op de loyaliteit van de debatten


Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

De vraag is of de partijen en hun raadslieden in een arbitraal geding tussen advocaten van de briefwisseling, die ze gevoerd hebben met de Stafhouder voorafgaandelijk aan de aanstelling door de Stafhouder van de drie arbiters, mogen gebruik maken, dus van de brieven die zij geschreven hebben aan de Stafhouder en van de brieven die de Stafhouder geschreven heeft aan de beide advocaten betreffende het geding waarin hij later drie arbiters zal aanduiden.

1. Het is geweten dat de briefwisseling van en met de Stafhouder betreffende een deontologisch geschil of een geschil tussen advocaten, principieel vertrouwelijk is (STEVENS, J., Regels en gebruiken van de advocatuur te Antwerpen, 2de ed., nr. 835 ; E.R.H.R., artikel 55).

2. Wanneer wordt geopperd dat de arbiters in dergelijke zaken een verlengstuk zijn van de Stafhouder omdat de leden van de Orde hun geschil normaal aan de Stafhouder voorleggen, die dan zou beslissen of laten beslissen door zijn plaatsvervanger, kan daartegen aangewend worden dat ook een zaak, waar men om discretieredenen verkozen heeft arbiters aan te stellen, nog voor de Rechtbank kan belanden wanneer de arbitrale sententie moet voorgedragen worden voor exequatur of wanneer tegen de arbitrale sententie een nietigheidsverhaal voor de gewone Rechtbanken wordt ingesteld.

Bovendien moet begrepen worden dat arbiters eigenlijk rechters zijn, ook wanneer de Stafhouder zijn plaatsvervanger als arbiter zou laten optreden. Het gaat om een burgerlijk geschil met de burgerlijke rechten van de partijen-advocaten als voorwerp.

Het zou niet anders zijn wanneer de arbiters zouden aangesteld zijn als amiabele compositeurs, als derde beslissers, of als experten met een bindend advies.

3. Geheel anders is de rol van de Stafhouder wanneer hij optreedt als tuchtoverheid in een geschil tussen twee advocaten. Dan houdt hij zich niet bezig met burgerlijke rechten van de advocaat maar wel met de deontologische aspecten van de verbintenissen die tot het dispuut aanleiding geven of van de wijze waarop dat dispuut wordt gevoerd of dient gevoerd te worden.

Als de Stafhouder qualitate qua optreedt, treden een gans andere reeks van regels in voege en met name de regel van de spreekplicht of plicht tot eerlijkheid tegenover de tuchtoverheid (STEVENS,o.c., nr 822 en 1068).

Advocaten hebben immers tegenover hun korpsoversten en tegenover hun disciplinaire overheden in het algemeen een plicht tot loyaliteit en oprechtheid, welk deel uitmaakt van de deontologie van het beroep en die hen verplicht zelfs beroepsgeheimen die hen werden toevertrouwd tegenover deze overheden, die zelf tot de geheimhoudingsplicht verbonden zijn, te ontsluiten (voor een kritiek op deze verplichting, zie VERSTRAETE, J., De waarheidsverplichting van de advocaat, in Liber Amicorum Jozef Van den Heuvel, Kluwer, 1999, pag. 149).

Uit deze verplichting die van deontologische oorsprong is, vloeit voort dat de tuchtoverheden zelf gebonden zijn tot een plicht tot discretie ; de advocaat die loyaliteit en oprechtheid verplicht is tegenover zijn tuchtoverheden, mag dus ook rekenen op het feit dat de tuchtoverheden wat hij hen node en in alle oprechtheid bekend maakte ook zullen geheim houden.

De tuchtoverheid heeft dus een recht op oprechtheid, maar heeft ook een plicht tot confidentialiteit tegenover wat aldus geopenbaard wordt (voor zover het geen aanleiding geeft tot tuchtrechtelijke vervolging).

Dat is dan ook de reden waarom de correspondentie van en met de Stafhouder vertrouwelijk is.

Nu de arbiters een rechtbank zijn en geenszins oordelen over tuchtrechtelijke problemen noch de deontologie van het beroep moeten beoordelen, doch enkel over de burgerlijke belangen van de betrokken advocaten, meen ik dat er geen reden is om tegenover deze rechtbank af te wijken van de regel dat de briefwisseling van en aan de Stafhouder confidentieel is.

Wat de advocaten aan hun Stafhouder in vertrouwen hebben toevertrouwd (en volgens de deontologische regels moesten toevertrouwen) moet ook in vertrouwen bij de Stafhouder bewaard blijven.

Ik zie maar één mogelijke uitzondering en dat is wanneer zou blijken dat in het arbitraal geding advocaten zich deloyaal opstellen en met name stellingen gaan voorhouden die lijnrecht in strijd zijn met wat tegenover de Stafhouder is verklaard.

In dergelijk geval zou de Stafhouder er kunnen op toezien dat de loyaliteit van de debatten in het arbitraal geding bewaard blijft en de nodige instructies daartoe geven of zelfs, meen ik, een verklaring om één en ander recht te zetten kunnen afleggen, wanneer zou blijken dat de advocaten in kwestie zich niet houden aan de regel van de loyaliteit ; deze blijft immers steeds onder de controle van de tuchtoverheid.

Stafhouder Jo Stevens
Bestuurder departement deontologie


Ook interessant

Advies 665

Meer lezen

Advies 653

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen