Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 543

Interpretatie van artikel V.3.1.8. van de Codex - De advocaat die op 2 december een tweede kantoor opent, is voor dat kantoor het eerste jaar geen baliebijdrage verschuldigd. Dit geldt tevens voor wie zich op 2 december aan een balie inschrijft en er hoofdkantoor houdt. Vereist is wel dat de advocaat meerdere kantoren heeft; het geldt niet wanneer hij alleen een ‘hoofdkantoor’ opent.

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

Vraag

Op 16 april 2015 werd mr. X ingeschreven op het tableau van de balie van A voor zijn bijkantoor. Zijn hoofdkantoor is gevestigd in het arrondissement ...

Balie A heeft thans een factuur gestuurd voor het betalen van de helft van de baliebijdrage. Mr. X weigert deze bijdrage te betalen omdat hij meent dat dit bedrag nog niet verschuldigd is voor 2015. Hij stelt dat voor de baliebijdrage voor 2015 rekening moet gehouden worden met de situatie op 1 december 2014. Op deze datum was hij nog niet ingeschreven op het tableau van A (pas op 16 april 2015). Mr. X beroept zich hiervoor op artikel V.3.1.8. van de Codex.

U vraagt of artikel V.3.1.8, lid 2 van de Codex zo moet gelezen worden dat wie op 2 december een tweede kantoor neemt, geen baliebijdrage verschuldigd is. U vraagt tevens of het ook zo ver gaat dat wie zich op 2 december aan een balie inschrijft en er hoofdkantoor houdt geen baliebijdrage verschuldigd is en de OVB-bijdrage, Precura, insolvabiliteit, Voorzorgskas enz. toch door de Orde verschuldigd zijn.

Advies

Nazicht in de verslagen van de commissie deontologie waarin de discussies in verband met de totstandkoming van het reglement betreffende het houden van meerdere kantoren of vestigingen van 12 mei 2010 (thans Afdeling V.3.1 Het houden van meerdere kantoren of vestigingen van de Codex) worden weergegeven, biedt geen verduidelijking van het artikel V.3.1.8., lid 2 van de Codex. Volledigheidshalve merk ik op dat het eigenlijk lid 3 betreft (“Voor de toepassing van het eerste en het tweede lid wordt rekening gehouden met de situatie op 1 december voorafgaand aan het kalenderjaar waarvoor de jaarlijkse bijdrage wordt geïnd.”); leden 1 en 2 zijn bij de redactie van de Codex blijkbaar accidenteel samengevoegd.

Ik vrees dat de interpretatie van mr. X correct is. Bij uitbreiding moet uw eerste vraag dan ook positief beantwoord worden: de advocaat die op 2 december een tweede kantoor neemt, is voor dat kantoor het eerste jaar geen baliebijdrage verschuldigd.

Wat uw tweede vraag betreft, komt het mij voor dat ook hierop bevestigend moet geantwoord worden. Artikel V.3.1.8., lid 3 van de Codex vangt immers aan met de woorden “Voor de toepassing van het eerste en het tweede lid”. Het eerste lid betreft het hoofdkantoor, het tweede lid het bijkantoor. Dit geldt evenwel alleen indien de advocaat meerdere kantoren heeft en niet wanneer hij alleen een ‘hoofdkantoor’ opent.

Verder is het criterium de datum vastgesteld door de instelling (Precura en anderen) die doorslaggevend is. Zo deze datum zich na 1 december situeert zal voor deze advocaat moeten betaald worden, zoals er niet zal moeten betaald worden voor advocaten die vóór die datum worden weggelaten. De bijdrage OVB, Precura, Voorzorgskas en insolvabiliteit worden niet geregeld door de Codex.

Jacques Van Malleghem
Bestuurder departement deontologie

Ook interessant

Advies 590

Meer lezen

Advies 554

Meer lezen