Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 492

Er is geen beletsel is om een advocaat als stille vennoot toe te laten tot de commerciële gewone commanditaire vennootschap waarin haar partner zaakvoerder zal zijn en haar bijdrage zich slechts beperkt tot een financiële inbreng.


Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

Vraag

Mr. X van uw balie wil met haar partner een handelsvennootschap onder de vorm van een gewone commanditaire vennootschap oprichten. Zij zou als stille vennoot toetreden.

Mr. X vraagt hiervoor uw toelating en legt daartoe de ontwerpstatuten voor. De vennootschap heeft als doel (artikel 3 van de ontwerpstatuten):

“Vastgoedontwikkeling (inclusief het bouwen van residentiële gebouwen) en het beheer van onroerend goed, het uitvoeren van afbraakwerken en grondwerken, de aanleg van terrassen en opritten, het uitvoeren van tuinonderhoud en tuinaanleg, de verhuur van containersystemen en graafmachines, metselwerken en algemene renovatiewerken, het uitvoeren van ruwbouwwerken, het uitvoeren van gyprocwerken, plaatsen van vloeren, plaatsen van valse plafonds, chapewerken (algemene bouwonderneming).”

U vraagt of volgens de regelgeving van de OVB een advocaat mag deel uitmaken van een commanditaire vennootschap als stille vennoot.


Advies

1.
Het feit dat een commerciële vennootschap zich bezighoudt met commerciële activiteiten, is op zich geen reden om een advocaat niet toe te laten een dergelijke vennootschap (mee) op te richten en zich desgevallend met het bestuur bezig te houden. (advies nr. 9 van het departement deontologie)

Het is echter wel mogelijk dat de vennootschap maar een scherm is waarachter een handelaar als individu opereert zodat de vennootschap slechts een fictief bestaan heeft, ofwel dat de eigen patrimoniale belangen van die persoon zozeer vervlochten zijn met deze van zijn vennootschap dat de patrimonia onontwarbaar vermengd zijn. In dergelijke gevallen kan die ‘achterman’ beschouwd

worden als iemand die persoonlijk handel drijft en kan hij persoonlijk failliet verklaard worden. Indien een advocaat een dergelijke ‘achterman’ is, is er sprake van een absolute onverenigbaarheid in de zin van artikel 437, eerste lid, 3° Ger. W. (J. STEVENS, Regels en gebruiken van de advocatuur te Antwerpen, Antwerpen, Kluwer, 1997, 238, nr. 291.)

2.
Uit de onverenigbaarheid van het beroep van advocaat met het drijven van handel en nijverheid (artikel 437, eerste lid, 3° Ger. W.) wordt afgeleid dat een advocaat in een handelsvennootschap geen functie kan uitoefenen waarin hij betrokken zou worden bij het dagelijks bestuur. Dit betekent dat volgende mandaten niet toegelaten zijn: het mandaat van afgevaardigd bestuurder, bestuurder- directeur of zaakvoerder.

Het behoort tot de bevoegdheid van de raad van de Orde om hierover te oordelen.

In casu gaat het over de vraag of een advocaat stille vennoot mag zijn in een commerciële gewone commanditaire vennootschap.

Het eigene aan dergelijke vennootschapsvorm is net dat de stille vennoot geldschieter is die zich enkel verbindt tot zijn geldelijke inbreng. De stille vennoot oefent derhalve geen bestuursfunctie uit en dus zeker geen functie van dagelijks bestuur. Uit de voorliggende ontwerpstatuten blijkt dat de partner van mr. X enige zaakvoerder zal zijn.

Er lijkt dan ook geen probleem te zijn van onverenigbaarheid in de zin van artikel 437, eerste lid, 3° Ger. W.

3.
In uw e-mail van 11 juli 2014 wijst u op het risico vervat in artikel 656 W. Venn., dat luidt als volgt:

“De stille vennoot die voor de vennootschap tekent, anders dan bij volmacht, of wiens naam in de naam van de vennootschap voorkomt, wordt ten aanzien van derden hoofdelijk aansprakelijk voor de verbintenissen van de vennootschap.”

Aangezien de vennootschap de naam ‘GCV A’ zal dragen en de naam van mr. X hierin dus niet voorkomt, kan zij ten aanzien van derden niet hoofdelijk aansprakelijk gehouden zijn voor de verbintenissen van de vennootschap. Zij mag natuurlijk niet tekenen voor de vennootschap.

Zijdelings en inhoudelijk niet belangrijk, merk ik op dat de afkorting van ‘gewone commanditaire vennootschap’ thans ‘Comm. V.’ is; ‘GCV’ is de vroegere afkorting.

4.

Ik besluit dan ook dat er mijns inziens geen beletsel is om mr. X als stille vennoot toe te laten tot de commerciële gewone commanditaire vennootschap waarin haar partner zaakvoerder zal zijn en haar bijdrage zich slechts beperkt tot een financiële inbreng.

Edward Janssens
Bestuurder departement deontologie

Ook interessant

Advies 717

Meer lezen

Advies 709

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen