Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Deontologie-advies Advies 435
De advocaat moet bijzonder omzichtig zijn indien hij vertrouwelijke gegevens wenst mee te delen aan de rechtsbijstandsverzekeraar. Toevertrouwde vertrouwelijke gegevens aan de rechtsbijstandsverzekeraar zijn immers niet wettelijk beschermd. De rechtsbijstandsverzekeraar beschikt niet over het beroepsgeheim en deelt ook niet het beroepsgeheim met de advocaat. Bovendien zou de verzekerde/cliënt de advocaat kunnen verwijten dat hij de vertrouwelijke gegevens doorgaf aan de verzekeraar.
Dominique Dombret
![Dominique Dombret](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/Dominique-Dombret_2023-10-12-113552_szsd.jpg)
Merve Köse
![Merve Köse](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/OVB_Portretten-oktober_19_low.jpg)
Vraag
U stelt de vraag of rechtsbijstandsverzekeraars kennis mogen nemen van geneeskundige expertiseverslagen die medegedeeld werden aan de advocaat van de cliënt. Tevens wordt de vraag gesteld wat er gebeurt met de vertrouwelijke informatie van de cliënt bij de verzekeraars.
De advocaat moet waken over het beroepsgeheim. Het behoort aan de advocaat te beslissen wanneer en welke geschriften/documenten hij bekend maakt. Zolang ze niet zijn bekend gemaakt zijn ze in beginsel vertrouwelijk (L. HUYBRECHTS, Gebruik en misbruik van het beroepsgeheim inzonderheid door revisoren, accountants en advocaten, T.B.H., 1995, 672).
De dagelijkse praktijk van een advocaat houdt in dat hij met zijn cliënt afspreekt welke vertrouwelijke elementen kunnen bestemd worden voor openbaring (J. STEVENS, “Deontologie en beroepsgeheim van advocaat en arts”, in CBR, Jongeren en drugs, Antwerpen, Intersentia, 2005, 59-92). De rechtsbijstandsverzekeraar is evenwel geen procespartij. Maar dit wijzigt niets aan de strenge verplichtingen opgelegd voor de eerbiediging van het beroepsgeheim.
De advocaat zal dus dienen toe te zien wat hij precies meedeelt aan de rechtsbijstandsverzekeraar en als hij vertrouwelijke elementen toevertrouwt aan deze zal hij hierbij de mogelijke consequentie dienen in te schatten van deze mededeling.
Vertrouwelijke mededeling aan derden – zoals aan een rechtsbijstandsverzekeraar – die over geen beroepsgeheim beschikken en ook het beroepsgeheim van de advocaat niet delen en kunnen delen – is niet wettelijk beschermd. De rechtsbijstandsverzekeraar kan er zich dus niet op beroepen. De mededeling aan de rechtsbijstandsverzekeraar is dan ook officieel.
Dit geldt uiteraard ook voor expertiseverslagen die aan een rechtsbijstandsverzekeraar zouden meegedeeld worden. Dit geldt uiteraard ook voor geneeskundige of medische expertiseverslagen.
De rechtsbijstandsverzekeraar van de cliënt kleedt evenwel een specifieke plaats in. Hij is de derde betaler maar is geen procespartij. De rechtsbijstandsverzekeraar heeft geen beroepsgeheim, doch hoogstens een discretieplicht. Het nieuw protocolakkoord afgesloten sinds 1 januari 2012 tussen Assuralia enerzijds en de OBFG-OVB anderzijds werd specifiek aangevuld met een verwijzing naar het beroepsgeheim:
… nadat de verzekeraar heeft bevestigd dat hij de tussenkomst van de advocaat ten laste neemt, houdt de advocaat de verzekeraar op de hoogte van het verdere verloop van het geschil en van de stappen die hij meent te moeten nemen; met respect voor het beroepsgeheim.
Volledigheidshalve wijs ik er nog op dat elk stuk dat aan een medische deskundige, in het kader van een gerechtelijke of een minnelijke expertise, wordt bezorgd dient te worden medegedeeld aan de advocaat van de partijen teneinde het tegensprekelijk karakter van de rechtspleging te kunnen verzekeren. Indien een partij de neerlegging van een bepaald stuk vordert en er bijgevolg de mededeling van vraagt, dient over deze betwisting door de bevoegde rechtbank beslist te worden, eventueel na advies van de betrokken tuchtoverheid i.v.m. de eerbiediging van het beroepsgeheim.
In civiele zaken dienen deskundigenverslagen aan de geding voerende partijen meegedeeld te worden zoals voorgeschreven door art. 983 Ger. W. Bijgevolg is de advocaat gerechtigd een deskundig verslag in extenso aan zijn cliënt mee te delen. Hij is er in principe toe gehouden zo zijn cliënt er om verzoekt (Codex van de Nederlandse Orde van Advocaten te Brussel art.28).
In strafzaken maken medische documenten of deskundigenverslagen deel uit van een strafdossier waarvan de betichte en de burgerlijke partij, in het kader van een contradictoir debat, met eerbied voor de rechten van de verdediging kennis mogen nemen.
Wanneer de advocaat een kopie bekomt van dergelijke documenten is hij gerechtigd deze aan zijn cliënt mee te delen. Hij is er in principe toe gehouden zo zijn cliënt er om verzoekt (art. 128 Codex Nederlandse Orde van Advocaten te Brussel). Voorgaande regel is niet van toepassing op materies waarvoor een wettelijke beperking van het mededelingsrecht bestaat of wanneer de advocaat persoonlijk de toelating ontvangt afschrift te nemen van documenten of dossiers (bv. geseponeerde zaak) zonder dat de cliënt een recht op mededeling kan doen gelden. In dit laatste geval zal de advocaat aan zijn cliënt geen mededeling geven van stukken van medische aard, tenzij in de mate waarin dergelijke mededeling noodzakelijk zou zijn voor de verdediging van de belangen.
De advocaat is steeds gerechtigd stukken of verslagen van medische aard niet mee te delen aan zijn cliënt zo hij in eer en geweten oordeelt dat dergelijke mededeling nadelig zou zijn voor de fysische of psychische toestand van deze cliënt (art. 129 en 130 Codex van de Nederlandse Orde van Advocaten te Brussel). Dit houdt nog niet in dat de stukken waarvan sprake in dit onderdeel kunnen medegedeeld worden aan de rechtsbijstandsverzekeraar.
Tevens dient ook te worden gehouden aan de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens. De verwerking van persoonsgegevens die de gezondheid betreffen is verboden. Het verbod om de persoonsgegevens te verwerken is niet van toepassing in sommige gevallen.
Art. 7 § 5 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens voorziet dat persoonsgegevens betreffende gezondheid moeten worden ingezameld bij de betrokkene zelf.
De patiëntenrechten hebben de patiënt/verzekerde meer zelfbeschikkingsrecht verleend op medische informatie. Het inzagerecht door de patiënt is nu geregeld door deze wet. Aan de rechtsbijstandsverzekeraar is evenwel geen inzagerecht toegekend.
Ook na overlijden kunnen enkel welbepaalde nabestaanden mits een gespecifieerde en gemotiveerde aanvraag onrechtstreeks inzagerecht in het patiëntendossier en de persoonlijke notities bekomen. (L. WOSTYN, Het overmaken van medische gegevens na het overlijden van de patiënt, Story Publishers, 2011 pag. 391 e.v.)
Als besluit wil ik benadrukken dat de advocaat bijzonder omzichtig zal moeten zijn indien hij vertrouwelijke gegevens wenst mee te delen aan de rechtsbijstandsverzekeraar. Toevertrouwde vertrouwelijke gegevens aan de rechtsbijstandsverzekeraar zijn immers niet wettelijk beschermd. De rechtsbijstandsverzekeraar beschikt niet over het beroepsgeheim en deelt ook niet het beroepsgeheim met de advocaat. Bovendien zou de verzekerde/cliënt de advocaat kunnen verwijten dat hij de vertrouwelijke gegevens doorgaf aan de verzekeraar.
Onnodig te benadrukken dat dit advies geenszins een exhaustieve studie inhoudt van de problematiek.
Edward Janssens
Bestuurder departement deontologie