Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 416

Vrijblijvende samenwerking tussen een advocaat en een psycholoog - indien voor de behandeling van een dossier de hulp van een (klinisch) psycholoog noodzakelijk is kan de advocaat zijn dossier niet delen of meedelen aan de psycholoog. Het volstaat niet (voor gedeeld beroepsgeheim) te beweren dat beide vrije beroepen een beroepsgeheim hebben. Ook de onderlinge communicatie van gegevens kan enkel indien deze informatie strikt noodzakelijk is - daar enkel informatie zal kunnen bezorgd worden die noodzakelijk is voor het andere beroep, zal geval per geval een duidelijke functieafbakening van het interventiedomein van ieder ander vrij beroep noodzakelijk zijn - de cliënt kan de advocaat niet ontslaan noch gedeeltelijk van zijn beroepsgeheim.

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

Vraag

Ik ontving kopie van de (ontwerp)overeenkomst tussen een advocatenkantoor en een psycholoog.

De overeenkomst houdt in dat de advocaat enerzijds en de psycholoog anderzijds op volkomen vrijblijvende basis cliënten naar elkaar kunnen doorverwijzen.

Zij verklaren uitdrukkelijk dat dergelijke doorverwijzingen volledig vrijblijvend gebeuren en geen enkele rechten doen ontstaan naar toekomstige samenwerking.

De overeenkomst voorziet verder in een verklaring van de ene partij dat zij weet dat de andere partij geen enkele verplichting op zich neemt om de doorverwezen cliënten effectief te behandelen, hun dossier te aanvaarden enz.

Het advocatenkantoor en de psycholoog verklaren uitdrukkelijk dat voor de doorverwijzingen op geen enkele wijze enige vergoeding zal kunnen worden gevraagd noch betaald.

Artikel 3 van de voorgenomen overeenkomst bepaalt:

Waar zinvol en uitsluitend mits uitdrukkelijke toestemming van de cliënt, kan overleg plaatsvinden tussen partijen. Beide partijen verbinden er zich toe hun deontologische regels en beroepsgeheim in acht te nemen en geen informatie uit te wisselen die in strijd zou zijn met voormelde regels. Beide partijen behouden hun volledige onafhankelijkheid ten aanzien van elkaar.

Ten slotte voorziet de overeenkomst ook in het feit dat geen infrastructuur of computernetwerken zullen gedeeld worden en dat geen enkele partij zich tot enige exclusiviteit verbindt.

Advies

Met uw opmerkingen geformuleerd in uw schrijven kan ik volledig akkoord gaan. De stafhouder schrijft:

“Artikel 1 zouden wij wijzigen als volgt:

“Partijen zijn het erover eens dat in een welbepaalde zaak de tussenkomst van een psycholoog een meerwaarde kan betekenen.”

Ik meen dat het passend is dat in een overeenkomst zou gesteld worden dat de psycholoog wordt betrokken in de behandeling van het dossier.

Artikel 2, 1ste zin zouden wij wijzigen als volgt:

“Partij enerzijds en partij anderzijds komen overeen dat zij op volkomen vrijblijvende basis in het kader van de netwerking cliënten kunnen aanbevelen aan elkaar.

Partijen verklaren te weten dat dergelijke aanbeveling volledig vrijblijvend gebeurt en geen enkel recht doet ontstaan naar toekomstige samenwerking, aantal aanbevelingen en dergelijke.

Partijen verklaren tevens te weten dat de overige partij geen enkele verplichting op zich neemt om het dossier van de cliënt effectief te behandelen of een dossier te aanvaarden, en neemt hierbij het beroepsgeheim in acht en mogelijke tegenstrijdige belangen.

Partijen zou ik vervangen door de advocaat.

Partijen verbinden zich ertoe dat voor de aanbeveling op geen enkele wijze enige vergoeding wordt gevraagd, noch betaald, en de advocaat mag rechtstreeks, noch onrechtstreeks ereloon delen met de niet-advocaat.

Waar zinvol en uitsluitend mits uitdrukkelijke toestemming van de cliënt kan overleg plaatsvinden tussen de advocaat en de psycholoog.

De advocaat wijst de cliënt erop dat de niet-advocaat niet onderworpen is aan het beroepsgeheim van advocaten, noch aan dezelfde voorschriften van onafhankelijkheid en partijdigheid en het verbod om tegenstrijdige belangen te verdedigen.

3/ De advocaat en de niet-advocaat voeren geen gemeenschappelijke beroepsnaam of logo.

Beide partijen behouden hun onafhankelijkheid ten aanzien van elkaar.

4/ Partijen delen geen infrastructuur of computernetwerken.

5/ Elke verbintenis van wederkerigheid of exclusiviteit tussen de advocaat en de psycholoog met betrekking tot multidisciplinaire samenwerking is verboden.

6/ Mag ongewijzigd blijven.”

Ik wens enkel nog het volgende te preciseren i.v.m. artikel 1 dat als volgt luidt:

“Partijen zijn het erover eens dat het, in een bepaalde zaak, een meerwaarde kan betekenen dat een psycholoog wordt betrokken in de behandeling van het dossier.

Dit kan uitsluitend gebeuren op verzoek en met uitdrukkelijke toestemming van de cliënt.”

En artikel 3 “waar zinvol en uitsluitend mits uitdrukkelijke toestemming van de cliënt, kan overleg plaatsvinden tussen partijen. Beide partijen verbinden er zich toe hun deontologische regels en beroepsgeheim in acht te nemen en geen informatie uit te wisselen die in strijd zou zijn met voormelde regels.”.

Indien voor de behandeling van een dossier de hulp van een (klinisch) psycholoog noodzakelijk is kan de advocaat zijn dossier niet delen of meedelen aan de psycholoog.

De samenwerking van de twee beroepen is geen evidentie. Het volstaat niet te beweren dat beide vrije beroepen een beroepsgeheim hebben. Dat het voor het delen van een beroepsgeheim volstaat om alleen gebonden te zijn door het beroepsgeheim, is een wijdverspreid misverstand. Dit misverstand leeft niet enkel op het werkveld onder de hulpverleners maar bestaat ook in hoofde van de rechters. De gerechtelijke uitspraak in de zaak rond het Antwerpse ziekenhuis illustreren dit. Daarin beweert het Hof van Beroep van Gent dat een hoofdgeneesheer zijn beroepsgeheim kan delen met de ziekenhuisgeneesheer en met de advocaten om de loutere reden dat deze laatsten ook door het beroepsgeheim gebonden zijn. Dit is een gevaarlijk precedent dat liefst geen navolging krijgt omdat het leidt tot een uitholling van de geheimhoudingsplicht. (T. BALTHAZAR, “Het gedeeld beroepsgeheim is geen uitgesmeerd beroepsgeheim” T. Gez. 2004-2005, 145; Gent 28 november 2003, T. Gez. 2004-2005, 133; I. VAN DER STRAETE, J. PUT, “Beroepsgeheim en hulpverlening”, in Welzijnsrecht, Brugge, die Keure, 2010, 211.)

Ook de onderlinge communicatie van gegevens kan enkel indien deze informatie strikt noodzakelijk is. Slechts die elementen mogen worden doorgegeven die absoluut noodzakelijk zijn voor de hulpverlening van de cliënt.

Daar enkel informatie zal kunnen bezorgd worden die noodzakelijk is voor het andere beroep, zal geval per geval een duidelijke functieafbakening van het interventiedomein van ieder ander vrij beroep noodzakelijk zijn.

Derhalve zal ook punt 3 van de voorgenomen overeenkomst, dat stipuleert dat “waar zinvol en uitsluitend mits uitdrukkelijke toestemming van de cliënt overleg kan plaatsvinden tussen partijen, met de nodige voorzichtigheid behandeld worden”, beperkend moeten worden geïnterpreteerd.

Deze zin kan enigszins de indruk doen wekken dat de cliënt de advocaat kan ontslaan (zij het gedeeltelijk) van zijn beroepsgeheim. Dit is niet zo. De cliënt kan de advocaat niet ontslaan noch gedeeltelijk van zijn beroepsgeheim.

Edward Janssens
Bestuurder departement deontologie

Ook interessant

Advies 719

Meer lezen

Advies 720

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen