Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Deontologie-advies Advies 406
Een advocaat behoort niet op te treden indien een mogelijke belangentegenstelling bestaat tussen cliënten of een wezenlijke dreiging bestaat dat een dergelijke tegenstelling zal ontstaan. De advocaat zal er ook op toezien dat hij zelf geen tegengestelde belangen heeft noch als advocaat noch als particulier. De advocaat dient zich tevens te onthouden indien zijn onafhankelijkheid in gevaar dreigt te komen. Ook de mogelijkheid van tegengestelde belangen of het mogelijk gebrek aan onafhankelijkheid kan een beletsel uitmaken - het kan niet dat een advocaat optreedt met betrekking tot een nalatenschap waarin de aandelen van een vennootschap zich bevinden waarvan hij voordien deel heeft uitgemaakt.
Dominique Dombret
![Dominique Dombret](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/Dominique-Dombret_2023-10-12-113552_szsd.jpg)
Merve Köse
![Merve Köse](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/OVB_Portretten-oktober_19_low.jpg)
Vraag
Uit de brief van mr. X blijkt dat deze geraadpleegd is door de heer P, waarvoor mr. X een verzoekschrift heeft neergelegd tot afname van DNA van wijlen mr. Y.
Mr. Y en mr. X hebben destijds samen kantoor gehouden.
De samenwerking tussen wijlen mr. Y enerzijds en mr. X anderzijds kwam twee jaar geleden tot een einde. Uit uw schrijven blijkt dat het einde van de samenwerking conflictueus verliep en dat de stafhouder meerdere malen diende tussen te komen.
De vriendin van mr. Y, die blijkbaar nog in de woning vertoeft van wijlen mr. Y zou aangesteld zijn als algemene legataris. Zij blijkt niet gelukkig te zijn met het feit dat mr. X in deze zaak optreedt. Doch de reden waarvoor zij zich tegen de tussenkomst van mr. X zou verzetten is niet verder gemotiveerd.
U stelt de vraag of mr. X nog kan optreden in deze aangelegenheid, gelet op het feit dat hij vroeger nog samen gewerkt heeft met wijlen mr. Y en zelfs aandeelhouder was van de bvba Y&Co.
Advies
Een advocaat behoort niet op te treden indien een mogelijke belangentegenstelling bestaat tussen cliënten of een wezenlijke dreiging bestaat dat een dergelijke tegenstelling zal ontstaan. Dergelijke tussenkomst is in casu misschien nog niet direct in gevaar. De advocaat zal er ook op toezien dat hij zelf geen tegengestelde belangen heeft noch als advocaat noch als particulier. De advocaat dient zich tevens te onthouden indien zijn onafhankelijkheid in gevaar dreigt te komen. Ook de mogelijkheid van tegengestelde belangen of het mogelijk gebrek aan onafhankelijkheid kan een beletsel uitmaken.
Het komt mij voor dat mr. X als gewezen medewerker van mr. Y en/of als gewezen vennoot –kennis heeft of kennis kan hebben van bepaalde zaken/elementen (zelfs vreemd aan de advocatuur) die een ander advocaat niet zou kennen. Die specifieke kennis die mr. X mogelijkerwijze heeft vergaard in de periode dat hij samenwerkte met mr. Y belet mijns inziens zijn optreden. Zelfs indien hij geen kennis heeft genomen van enig feit/element blijft er minstens de schijn over. Ook elke schijn van een mogelijk belangenconflict of van gebrek aan onafhankelijkheid dient vermeden te worden. Mr. X schrijft in zijn brief: “in casu liggen de zaken compleet anders nu tegen de vader van cliënte en/of zijn advocatenkantoor geen enkele actie ondernomen wordt, wel integendeel cliënt treedt als biologische zoon in rechte van zijn vader.”
Verder schrijft hij: “Ik werd destijds door een cliënt geraadpleegd om derdengelden op te vorderen van de bvba Y&Co. Ik heb deze cliënt doorverwezen naar een andere advocaat. Het kan inderdaad niet dat een advocaat optreedt tegen de vennootschap waarvan hij voordien deel heeft uitgemaakt.” Mr. X heeft derhalve deel uitgemaakt van de bvba Y&Co. Nu de aandelen van de vennootschap wellicht ook in de nalatenschap terecht zullen komen van mr. Y maakt dit de zaak delicaat. Zelfs indien mr. X geen belang had in de vennootschap wordt het niet uitgesloten dat – in casu- in een later stadium – de waardebepaling van de aandelen aan bod zullen komen. Het zou dan ook ongepast zijn dat mr. X betrokken wordt in deze discussie.
Het kan niet dat een advocaat optreedt met betrekking tot een nalatenschap waarin de aandelen van een vennootschap zich bevinden waarvan hij voordien deel heeft uitgemaakt.
Edward Janssens
Bestuurder departement deontologie