Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 384

De advocaat mag zijn opdracht slechts uitvoeren indien hij een mandaat van de cliënt bekomt, dan wel indien de opdrachtgever door de cliënt behoorlijk werd gemandateerd om een advocaat aan te wijzen -de advocaat moet zich vergewissen van de goede trouw van de derde en of er met betrekking tot de zaak waarvoor hij wordt aangesteld geen strijdige belangen bestaan tussen de opdrachtgever en de cliënt

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

Vraag

Een advocaat van balie A leidt een procedure in voor de vrederechter waarbij hij de ontbinding vraagt van een pachtovereenkomst. De advocaat van de tegenpartij vordert de ontkentenis van proceshandeling, omdat de cliënt van de eerste advocaat dement zou zijn en onmogelijk de opdracht tot procederen zou hebben kunnen gegeven.

Hiermee geconfronteerd legt de raadsman van de eisende partij een volmacht voor waarin de eisende partij aan een derde opdracht geeft om al het nodige te doen om een aantal gronden vrij te maken van pacht, desnoods via een procedure voor de rechtbank en zelfs met tussenkomst van een raadsman, aan te stellen door de derde. Deze volmacht is ondertekend, maar niet gedagtekend.

De advocaat in kwestie geeft toe dat hij nooit rechtstreeks contact had met zijn cliënt, maar wel met de derde. Het is op verzoek van de advocaat dat de derde bij een tweede consultatie een volmacht heeft meegebracht.

Ik stel vast dat de volmacht in hetzelfde lettertype getypt is als de briefwisseling van de advocaat, zodat ik vermoed dat de advocaat de volmacht heeft opgesteld en ter ondertekening heeft meegegeven aan de derde.

Naar aanleiding van het geschil en de gevorderde ontkentenis van proceshandeling werd een onderzoek gevoerd door de Procureur des Konings. In dat dossier bevindt zich een stuk waaruit blijkt dat de hoofdverpleegster en de broeder-overste van het rustoord waar de eisende partij verblijft, zeggen dat deze persoon zeer verward is en dat het niet mogelijk is om van hem een zinnig verhoor af te nemen. Beiden willen zich wel niet uitspreken over de vraag of deze persoon al dan niet in staat is zakelijke beslissingen te nemen. Deskundige vaststellingen hieromtrent zouden uitsluitsel kunnen geven.

U vraagt mij advies met betrekking tot de vraag of de handelswijze van de betrokken advocaat deontologisch laakbaar is.

Advies

Het reglement betreffende het mandaat dat de advocaat niet rechtstreeks van zijn cliënt ontvangt bepaalt dat deze advocaat zijn opdracht slechts mag uitvoeren indien hij een mandaat van de cliënt bekomt, dan wel indien de opdrachtgever door de cliënt behoorlijk werd gemandateerd om een advocaat aan te wijzen.

Indien het juist is dat de advocaat zelf een volmacht heeft opgesteld en deze heeft meegegeven aan de derde om te laten ondertekenen door de cliënt, dan denk ik dat aan deze regel is voldaan. De advocaat is immers niet zomaar voortgegaan op het gezegde van de derde, maar hij heeft een ondertekende volmacht geëist en bekomen.

De advocaat moet zich ook heeft vergewissen van de goede trouw van de derde. In zijn brief aan uw adres stelt de betrokken advocaat dat hij dit heeft gedaan. Hij ontving immers een notariële akte waarin zijn cliënt aan de derde bepaalde gronden in pacht gaf en de handtekening op deze notariële akte stemde overeen met de handtekening op de volmacht.

Hetzelfde reglement stelt evenwel ook dat de advocaat zich er moet van vergewissen of er met betrekking tot de zaak waarvoor hij wordt aangesteld geen strijdig belangen bestaan tussen de opdrachtgever en de cliënt. Uit de context en uit de stukken die u mij hebt overgemaakt, leid ik af dat de opdrachtgever een belanghebbende partij was en een objectief strijdig belang had met de cliënt. De betrokken advocaat had dit moeten onderkennen en hij had op zijn minst rechtstreeks contact moeten zoeken met de cliënt om er zeker van te zijn dat zijn opdrachtgever de cliënt niet manipuleerde in eigen belang.

Dit laatste is des te meer het geval vanaf het ogenblik dat de advocaat wordt geconfronteerd met de conclusie van de tegenpartij, waarin te lezen staat dat de cliënt dement zou zijn. Vanaf dat ogenblik kon de advocaat niet meer louter voortgaan op de gezegden van de derde, zelfs al was deze in het bezit van een geschreven volmacht. Hij moest zich, in het belang van de cliënt, zelf vergewissen van de toestand van zijn cliënt.

Het feit dat de advocaat nadien nog conclusies neerlegt namens de cliënt en blijft aandringen is mijns inziens in de gegeven context deontologisch laakbaar.

Philippe De Jaegere
Bestuurder departement deontologie

Ook interessant

Advies 703

Meer lezen

Advies 667

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen