Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Vraag
Een stafhouder stelt een aantal vragen i.v.m. een ontwerp van statuten van een samenwerkingsverband tussen advocaten.
Advies
1.
De statuten bepalen dat de vennootschap o.m. tot doel heeft "een patrimoniumvennootschap in de ruimste zin van het woord, waaronder niet limitatief begrepen het aankopen en verkopen (al dan niet in volle eigendom), verhuren, ter beschikking stellen of beheren van onroerende goederen".
Een patrimoniumvennootschap is geen specifieke vennootschapsvorm. Het woord heeft dan ook geen juridische definitie. Meestal wordt met een patrimoniumvennootschap een vennootschap bedoeld waarvan het doel erin bestaat het verwerven, beheren en verkopen van een meestal onroerend patrimonium.
Het verwerven, beheren en verkopen van een patrimonium kan niet het doel zijn van een samenwerkingsverband tussen advocaten, waarvan het doel de uitoefening van het beroep van advocaat in de ruime betekenis van het woord is.
Dit sluit evenwel niet uit dat ook een advocatenvennootschap activa kan verwerven, deze vervolgens kan beheren en kan verkopen. Dit is evenwel niet het doel van de vennootschap.
Om verwarring te vermijden zou beter het woord patrimoniumvennootschap niet worden aangewend en enkel in de statuten worden opgenomen dat de vennootschap ook eigen onroerende goederen kan aankopen, verkopen, verhuren en beheren.
2.
De vennootschap zou ook tot doel hebben "studie, organisatie en raadgevend bureau inzake financiële, handels-, fiscale of sociale aangelegenheden".
Indien de vennootschap advies verleent in financiële, handels-, fiscale of sociale aangelegenheden, dan is dat in de uitoefening van het beroep van advocaat. De uitdrukkelijke vermelding van deze doelstelling, buiten de algemene doelstelling van het uitoefenen van het beroep van advocaat in de ruime betekenis van het woord, laat veronderstellen dat de vennootschap andere activiteiten zou kunnen ontwikkelen, buiten de uitoefening van het beroep van advocaat, activiteiten die wellicht onverenigbaar zouden zijn met het beroep van advocaat.
Deze doelstelling is ofwel overbodig, omdat zij reeds valt onder de algemene doelstelling van de uitoefening van het beroep van de advocaat, ofwel niet toegelaten omdat zij onverenigbaar zou zijn met het beroep van de advocaat. Deze doelstelling zou dan ook best geschrapt worden.
3.
Het is thans algemeen aanvaard dat een advocaat, onder bepaalde voorwaarden, bestuurder of vereffenaar kan zijn van een vennootschap. Het samenwerkingsverband van advocaten kan dit dus ook.
4.
De statuten vermelden tevens dat de vennootschap roerende, onroerende of financiële verrichtingen kan uitvoeren die rechtstreeks of onrechtstreeks betrekking hebben op haar doel, maar stelt dat deze verrichtingen voor eigen rekening of voor rekening van derden kunnen worden gedaan.
Het lijkt niet mogelijk dat het samenwerkingsverband voor rekening van derden roerende, onroerende of financiële verrichtingen doet, behalve dan de klassieke verrichtingen eigen aan de uitoefening van het beroep van advocaat. Hiervoor kan verwezen worden naar punt 2.
5.
De statuten vermelden dat de vennootschap leningen kan toestaan. Hiertegen is principieel geen bezwaar, voor zover dit niet beroepsmatig gebeurt, hetgeen overigens ook om andere reden niet zou kunnen (de vennootschap is geen financiële instelling). De vennootschap kan bijvoorbeeld onder de vorm van een rekening-courant leningen toestaan aan haar vennoten.
6.
De statuten bepalen tevens dat de vennootschap "leningen toegestaan door derde aanverwante vennootschappen kan waarborgen". Het is niet geheel duidelijk wat daarmee wordt bedoeld, noch wat daarvan de finaliteit is. Indien bedoeld wordt dat de advocatenvennootschap een lening zou kunnen waarborgen voor een andere advocatenvennootschap waarmee het een samenwerkingsverband heeft, dan lijkt mij daartegen geen bezwaar te bestaan. Het is evenwel niet duidelijk of dit wordt bedoeld met "aanverwante" vennootschappen. Waarborgen toestaan voor leningen aan derden, lijkt niet te behoren tot het doel van een advocatenvennootschap.
7.
Het feit dat de statuten bepalen dat de vennootschap niet ontbonden wordt door het overlijden, enz. van een vennoot, zelfs indien dit de enige vennoot zou zijn, is niet strijdig met de deontologie. Vanzelfsprekend kan het beroep van advocaat niet worden uitgeoefend wanneer er geen vennoot-advocaat meer is, maar dit sluit niet uit dat de vennootschap nog een tijd lang blijft bestaan om bijvoorbeeld de erfgenamen van de enige vennoot-advocaat toe te laten de nodige schikkingen te nemen m.b.t. de overdracht van de aandelen.
Philippe De Jaegere
Bestuurder departement deontologie