Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Deontologie-advies Advies 275
Derdenrekening voor verrichtingen van één cliënt
Dominique Dombret
![Dominique Dombret](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/Dominique-Dombret_2023-10-12-113552_szsd.jpg)
Merve Köse
![Merve Köse](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/OVB_Portretten-oktober_19_low.jpg)
Vraag
Een advocaat werd gecontacteerd door een buitenlandse onderneming die telefoonminuten verkoopt aan belwinkels over de hele wereld, waaronder 250 belwinkels in België. Zelf koopt deze buitenlandse onderneming deze telefoonminuten in bij een in België gevestigde onderneming.
De belwinkels dienen hun facturen contant te betalen in de handen van vijf agenten van de buitenlandse onderneming in België.
De buitenlandse onderneming heeft aan een Belgisch advocaat gevraagd om een specifieke derdenrekening te openen waarop de agenten de gelden kunnen storten. Deze rekening zou ook worden gebruikt om de facturen van de onderneming in België te betalen.
Mr. X vraagt de goedkeuring van de stafhouder voor het openen van deze specifieke derdenrekening.
Advies
De stafhouder merkt in zijn brief terecht op dat de voorgenomen operaties op het eerste zicht niets van doen hebben met enig juridisch dossier. Meer algemeen kan worden gesteld dat de activiteit die van de advocaat wordt verwacht (het ontvangen en doorstorten van gelden) geen juridische activiteit is. Het gaat hier integendeel om een commerciële activiteit, waarvoor de advocaat wellicht bij commissie zal worden vergoed. Het louter ontvangen en doorstorten van gelden voor derden tegen betaling, los van een onderliggende zaak waarin de advocaat als advocaat tussenkomt, is een commerciële activiteit. Het feit dat mr. X post factum misschien ook zal worden gevraagd niet betaalde facturen in te vorderen, doet geen afbreuk aan de vaststelling.
Het beroep van advocaat is onverenigbaar met het drijven van handel of nijverheid. Om die reden alleen reeds kan de activiteit waarvoor de rekening zou moeten worden geopend niet worden toegelaten.
Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat de tussenkomst van mr. X ook of hoofdzakelijk een al dan niet geoorloofd fiscaalrechterlijk doel heeft. Het is daarbij niet ondenkbeeldig dat de buitenlandse onderneming welbewust een beroep doet op een advocaat, omwille van het streng beroepsgeheim van de advocaat. Bij dit alles noopt het feit dat belwinkels in België op het vlak van de fiscaliteit een niet al te beste reputatie hebben tot bijkomende voorzichtigheid.
Indien de stafhouder toch toelating zou verlenen, dan zou ik minstens de raad geven dit te doen onder voorbehoud dat de rekening enkel voor wettelijke en geoorloofde transacties wordt aangewend.
Philippe De Jaegere
Bestuurder departement deontologie