Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Deontologie-advies Advies 246
Advocaat wenst eenmans-bvba op te richten met niet-advocaten als bedrijfsleider - onaanvaardbaar
Dominique Dombret
![Dominique Dombret](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/Dominique-Dombret_2023-10-12-113552_szsd.jpg)
Merve Köse
![Merve Köse](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/OVB_Portretten-oktober_19_low.jpg)
Een advocate wenst een eenmans-bvba op te richten, waar een bedrijfsleider zou in opgenomen worden welke geen advocaat is.
In de statuten zou dit als volgt worden verwoord :
"De oprichtster besluit te benoemen : "als bedrijfsleider, buiten een arbeidsovereenkomst, belast met de leidende functie van dagelijks bestuur in verband met de interne en externe communicatie en organisatie, de public relations, de contacten met het cliënteel en administratieve opvolging van de dossiers, tot zover deze werkzaamheden niet uitgesloten zijn vanuit de advocatendeontologie"."
Er wordt geen enkele uitleg gegeven naar het waarom van deze benoeming en evenmin op welke manier de betrokken bedrijfsleider zal vergoed worden.
Ik neem aan dat de constructie een fiscaal oogmerk heeft, maar ook daar wordt niet aangegeven wat dit aan voordelen zou meebrengen.
Ook wordt niet aangeduid wie de betrokken bedrijfsleider zou zijn. Enkel vernemen wij dat het geen advocaat zou zijn. Mogelijk is het de echtgenoot of een familielid van de betrokken advocaat.
Wanneer wordt gesteld dat deze bedrijfsleider buiten een arbeidsovereenkomst wordt aangeduid, gaat het dus om een zelfstandige en geen bediende ; in dat geval zou er sprake kunnen zijn van een multidisciplinaire samenwerking, wat natuurlijk niet mogelijk is.
Bovendien lijkt de titel van bedrijfsleider strijdig te zijn met de idee van de onafhankelijkheid van de advocaat en omdat de bedrijfsleider als zelfstandige niet in ondergeschikt verband staat tegenover de advocaat heeft dat een zekere impact op zijn mogelijkheden tot het onafhankelijk ontplooien van activiteiten, wat niet aan te raden is.
Ook is er een bezwaar dat de betrokkene een leidende functie van dagelijks bestuur zou hebben vermits deze leidende functie van dagelijks bestuur toekomt aan de zaakvoerder van een eenmans-bvba en niet aan een derde.
Ook is er bezwaar tegen het feit dat hem als functie interne en vooral externe communicatie en organisatie zou worden toegekend, public relations en contacten met cliënteel. Het moet immers de advocaat zijn die in contact staat met cliënteel en externe communicatie verzorgt.
Tenslotte is er een probleem wat betreft de administratieve opvolging van de dossiers, met name een probleem van beroepgeheim. Vermits de betrokkene niet door een arbeidsovereenkomst is gebonden, deelt hij niet in het beroepsgeheim van de advocaat zoals bedienden dat doen.
Ik denk dus dat de voorgestelde constructie niet aanvaardbaar is.
Stafhouder Jo Stevens
Bestuurder departement deontologie