Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies 155

Reglement publiciteit - omzendbrief aan bedrijven - Happy Legal Hour - nieuwsbrief - geen publiciteit gericht op een specifieke lopende zaak (artikel 3.1) - geen gepersonaliseerd dienstenaanbod voor bepaalde zaak of dossier (artikel 3.2) - dus toegelaten

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Deel dit artikel

1. Ik dank U voor uw brief van 7 maart ll. met bijlagen i.v.m. een probleem van publiciteit.

U stuurt mij een rondzendschrijven waarbij advocaten A. en B. gewag maken van de nood aan juridische begeleidingen bij KMO's en verwijzen naar een specifieke ondernemersbegeleiding die in hun kantoor is gestart als een soort eerstelijnshulp.

Tevens wordt met dezelfde brief een exemplaar van de nieuwsbrief van het kantoor toegestuurd en wordt de lezer uitgenodigd op een eerste Happy Legal Hour van het kantoor, wat volgens de bijlage een vergadering is met cliënten waarbij deze een praktische toelichting bij een actueel juridisch probleemgebied ontvangen met een mogelijkheid tot vraagstelling.

De deelneming is gratis en achteraf is er gelegenheid om "aangenaam verder van gedachten te wisselen".

Volgens U vaststelde wordt dergelijk schrijven met bijlagen gestuurd aan willekeurige zaakvoerders van vennootschappen en heeft één van deze zaakvoerders dat overgemaakt aan zijn gebruikelijke raadsman.

Hieruit leidt U af dat het kantoor in kwestie zich niet richt tot iemand van zijn eigen cliënteel, doch wel tot willekeurige personen en bedrijven.

Vervolgens rijst de vraag of deze manier van handelen niet in feite zeer dicht komt bij het probleem van het afwerven van cliënteel, of moet dit beschouwd worden als gewone toegelaten publiciteit.

2. In werkelijkheid staat het reglement op de publiciteit toe, in principe, dat cliënteel van een ander advocaat wordt afgeworven.

Over het algemeen kan publiciteit trouwens ook enkel worden begrepen als staande in het kader van concurrentie met andere ondernemers, zodat een natuurlijk gevolg van publiciteit steeds zal kunnen zijn het afwerven van cliënteel.

Publiciteit is immers in wezen niet enkel gericht op mensen die nog geen cliënt zijn van geen enkele van de betrokken dienstverleners.

3. Wat in artikel 3 van het reglement wordt verboden (punt 1) is dat men in een lopende zaak cliënteel dat door een ander advocaat wordt bijgestaan, bewust of onuitgenodigd probeert af te werven

Dat houdt in dat de publiciteit in dat verboden geval gericht is op een specifieke zaak, met name een lopende zaak (dus geen toekomstige zaak).

In het punt 2 van hetzelfde artikel is het de advocaat verboden publiciteit te voeren door een gepersonaliseerd dienstaanbod voor een bepaalde zaak of een dossier zonder daartoe te zijn uitgenodigd.

Het tweede lid heeft dus betrekking op schriftelijk of op enige andere wijze onuitgenodigd demarcheren van een potentieel cliënt met het oog op een welbepaalde zaak of dossier. Dat kan dus een toekomstig dossier zijn of een bestaand dossier voor zover daarin nog geen advocaat betrokken is, want in dat geval komen wij onder artikel 3.1.

Uit de commentaar blijkt dat een algemeen dienstaanbod aangewezen is.

Het aanspreken van individuele rechtszoekenden voor een bepaalde opdracht, bv. ter gelegenheid van een ramp, ongeval, enz., komt vaak neer op opdringerigheid en wordt als onkies ervaren.

4. Dat is echter niet wat in casu is gebeurd. Er wordt niet met het oog op een lopende zaak cliënteel dat door een ander advocaat wordt bijgestaan afgeworven door deze publiciteit, noch wordt er publiciteit gevoerd door een gepersonaliseerd dienstaanbod voor een bepaalde zaak of dossier.

Over het algemeen is het de advocaat immers toegelaten publiciteit te richten niet enkel tot zijn eigen cliënteel, doch wel tot willekeurige personen of ook een gerichte publiciteit tot bepaalde personen om deze te interesseren voor een bepaalde soort van dienstverlening.

Ik meen derhalve dat de brief en de toegevoegde nieuwsbrief in kwestie niet kunnen beschouwd worden als verboden publiciteit.

Stafhouder Jo Stevens
Bestuurder departement deontologie


Ook interessant

Advies 720

Meer lezen

Advies 636

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie

Inzicht in nationale risicoanalyse witwaspreventie

De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) heeft de nationale risicoanalyse over witwassen van geld, financiering van terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens samengevat voor alle entiteiten die onder de witwaspreventiewet vallen. Deze samenvatting is daarom ook van belang voor advocaten. Ze biedt u een goed inzicht in de actuele risico’s, waardoor u uw eigen risicoanalyses daarop kunt afstemmen.

Meer lezen
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen