Voorzitter op vrijdag: "Inzetten op educatieve communicatie, digitalisering en alternatieve geschillenoplossing, daarin valt nog bijzonder veel te winnen"
Deontologie-advies Advies 141
Pluraliteit van kantoren in het binnenland en buitenland - regelgeving VVB en CBFG - gevolgen van schorsing- en schrappingstraf
Dominique Dombret
![Dominique Dombret](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/Dominique-Dombret_2023-10-12-113552_szsd.jpg)
Merve Köse
![Merve Köse](/files_filesystem/files/Fotos/Mensen/Medewerkers/_75x75_crop_center-center_none/OVB_Portretten-oktober_19_low.jpg)
Vraag
1. Een lid van uw balie schrijft U :
"Het is reeds geruime tijd mogelijk ingeschreven te zijn aan een Belgische balie én aan een buitenlandse.
Voor de EU-leden is dit geregeld door een richtlijn, ook wat de gevolgen betreft ; voor de anderen, meen ik, door akkoorden tussen de respectieve balies.
Maar quid voor binnenlandse balies ? Kan een advocaat zijn ingeschreven aan de balies van Gent en Kortrijk bv.,. of van Gent en Luik ? Welk zouden dan de gevolgen zijn van een schorsing of schrapping door één van deze balies (raden der Orde) uitgesproken ?"
2. De toelating om buitenlandse bijkomende kantoren te vestigen volgt niet zozeer uit een richtlijn doch was reeds geruime tijd door de rechtspraak afgeleid uit artikel 52 e.v. van het E.E.G.-verdrag (Hof van Justitie, o.m. arrest Klopp van 12 juli 1984, Jur., 1984, IV, 2971 ; J.T., 1985, 268 (verkort) met noot LAMBERT, P., R.W., 1984-85, 1401 (verkort) ; VANNOOTEGHEM, Chr., "De uniciteitsregel voor advocatenkantoren", Jura Falc., 1992- 93, 431 ; DE SAVORNIN LOHMAN, A.F. en CATH, I.G.F., "Unicité de cabinet", Advocatenblad, 15 juli 1983, 14, 323 en 14 september 1984, 16, 395 ; MATRAY, D., "L'unicité du cabinet", in : L'avocat à la recherche de son âme, Luik, Ed. Jeune Barreau de Liège, 1990, 241 ; VAN CAMP, S., "Het statuut van de advocaat in het Europees gemeenschapsrecht", Ius, Kluwer Rechtswetenschappen, 1989, nrs 46 e.v.).
3. Voor meerdere vestigingen in binnenlandse balies werd onlangs een ontwerp reglement goedgekeurd door de raad van afgevaardigden van de Vereniging van Vlaamse Balies op 7 maart 2001 ("Reglement vestiging meerdere kantoren").
Dit reglement moet in principe geïmplementeerd worden in alle Vlaamse balies, door het als een eigen reglement goed te keuren van deze balies. Ik neem aan dat dit ondertussen ook in de meeste balies gebeurd is (in Antwerpen bv. is het reglement ingevoerd per 1 mei 2001, Vademecum 2000-2001, 3, pag. 93).
4. Ik verwijs naar de tekst van dat reglement. De basisfilosofie is dat er geen hoofd- en bijkantoren zijn doch dat elke inschrijving aan een balie als een volwaardige inschrijving geldt (enkel voor de baliebijdragen is een bijzondere reglementering in artikel 5 opgenomen : de advocaat kiest zelf waar hij de volledige jaarlijkse bijdrage betaalt ; bij de overige balies van inschrijving betaalt hij de helft van de daar gangbare bijdrage).
Deze basisfilosofie brengt mee dat de advocaat onderworpen is aan het tuchtgezag en het toezicht van de stafhouder en de raad van de Orde van elke balie van inschrijving.
Artikel 458 (tuchtgezag in ander arrondissement dan dat van inschrijving) komt dus niet ter sprake.
5. Artikel 2, lid 4 e.v. regelt de bevoegdheid onderling van de diverse betrokken stafhouders indien meerdere advocaten bij het probleem of conflict zijn betrokken.
Artikel 2 in fine bepaalt dat iedere tuchtrechtelijke sanctie wordt meegedeeld aan de stafhouder van de Orde waar de advocaat eveneens is ingeschreven.
Alle betrokken stafhouders van de diverse vestigingen van een advocaat zijn dus op de hoogte van zijn "strafregister".
De gevolgen van een schorsing of schrapping echter zijn universeel. Dat was ook reeds het geval vóór de tot standkoming van het reglement van 7 maart 2001 (STEVENS, J., Regels en gebruiken van de advocatuur te Antwerpen, Antwerpen, Kluwer, 1997, 2de ed., nr 1260.1).
De schorsing van de beroepsuitoefening geldt wereldwijd. Een advocaat die in België geschorst is kan niet in het buitenland onder zijn Belgische titel en balie-aangehorigheid de advocatuur beoefenen, of enige beroepswerkzaamheid als (Belgisch) advocaat voeren (voor het geval van een Belgisch geneesheer die na een disciplinaire schorsingsmaatregel de bevoegdheid tot praktiseren in Nederland wordt ontzegd, zie : Gerechtshof, 's Gravenhage, 24 augustus 1995, T. Gez., 1996-97, 115).
Hetzelfde geldt a fortiori voor België zelf ; een advocaat geschorst door een balie kan niet aan een andere balie verder werken.
6. Wat de Franstalige Belgische balies betreft, zijn deze vanzelfsprekend niet onderworpen aan de reglementering van de Vereniging van Vlaamse Balies.
De Conférence des barreaux francophones et germanophone heeft op 17 december 2001 een règlement sur le cabinet de l'avocat aangenomen dat eveneens toestaat meerdere kantoren te houden. De bijkomende kantoren - naast het kantoor van inschrijving aan de balie - zijn echter secundaire kantoren, waar een bijkomstige beroepsuitoefening geschiedt (artikel 2).
Zoals onder de Vlaamse reglementering wordt elk bijkomend kantoor van een samenwerkingsverband beschouwd als een kantoor van dat samenwerkingsverband (2.1).
Voor oprichting van een secundair kantoor buiten het arrondissement van het hoofdkantoor is toestemming van beide betrokken raden van de Orde vereist. Tegen (gemotiveerde) weigering is beroep mogelijk zoals in tuchtzaken (2.2).
De beide Ordes kunnen de toelating ook intrekken (2.2.2).
Gezien hier gewerkt wordt met hoofd- en bijkantoren berust de disciplinaire bevoegdheid steeds bij de balie van het hoofdkantoor (onverminderd artikel 458 Ger.W.) (2.2.b).
Advocaten met bijkantoren komen in die balie(s) wel op een bijzondere lijst, maar zijn geen lid van de Orde in dat arrondissement (2.2.c).
Toelating van bijkantoren aan advocaten die niet behoren tot de Ordes die deel uitmaken van de CBFG, geschiedt op basis van reciprociteit (artikel 3).
De praktijk leert dat meerdere Franstalige balies het reglement van de Vlaamse balies vestiging meerdere kantoren van 7 maart 20001 reeds beschouwden als beantwoordend aan deze eis van reciprociteit.
De eis tot reciprociteit lijkt overigens eigenaardig gezien de communautaire in Belgische mededingingsregels.
Overigens zij opgemerkt dat de Vlaamse balies meer bieden dan enkel reciprociteit : in de Vlaamse reglementering gaat het niet om bijkantoren doch om multipele volwaardige vestigingen, zodat de advocaten van elke orde van vestiging lid van de Orde, stemgerechtigd en verkiesbaar zijn (artikel 2, lid 2).
Jo Stevens
Bestuurder departement deontologie